Casus- en oefenboek voor bemiddelaars

Vooraf

Inhoud

Werken met de oefencasus

1 Basiscompetentie 1: Het opbouwen van een goede werkrelatie
1.1 Voorbij het persoonlijke belang: arbeidsconflict (twee betrokkenen)
1.2 Voorbij het persoonlijke belang: erfeniskwestie (twee betrokkenen)
1.3 Professionele houding: familieconflict (twee betrokkenen)
1.4 Professionele houding: B2B (twee betrokkenen)
1.5 Onpartijdigheid: burenruzie (twee betrokkenen)
1.6 Onpartijdigheid: vennootschapsprobleem (vier betrokkenen)
1.7 Communicatie en balans beheer: ruzie aan de bestuurstafel (drie of vier betrokkenen)
1.8 Communicatie en balans beheer: ruzie tussen directeuren (twee betrokkenen)

2 Basiscompetentie 2: Motiveren van de deelnemers voor het mediationproces
2.1 Empowerment: arbeidsconflict (twee betrokkenen)
2.2 Empowerment: burenruzie (drie betrokkenen)
2.3 Emotionele saus: scheiding (twee betrokkenen)
2.4 Emotionele saus: ruzie om de katten (twee betrokkenen)
2.5 Hiërarchische macht: ruzie met de gemeente (twee betrokkenen)
2.6 Hiërarchische macht: ruzie tussen docent en leerling (twee betrokkenen)
2.7 Verborgen agenda's: erfenis (vijf betrokkenen)
2.8 Verborgen agenda's: arbeidsconflict (twee betrokkenen)

3 Basiscompetentie 3: Het reguleren van de communicatie tussen de deelnemers
3.1 Bruggen bouwen: conflict met de uitkeringsinstantie (twee betrokkenen)
3.2 Bruggen bouwen: arbeidsconflict (twee betrokkenen)
3.3 Structureren van de communicatie: scheiding (twee betrokkenen)
3.4 Structureren van de communicatie: onderhuur (twee of drie betrokkenen)
3.5 Onderling begrip: ruzie met de Belastingdienst (twee betrokkenen)
3.6 Onderling begrip: scheiding (twee betrokkenen)
3.7 Machtsbalans: ruzie tussen ouders, bestuur en directeur (drie betrokkenen)
3.8 Machtsbalans: ruzie tussen vennoten (twee betrokkenen)

4 Basiscompetentie 4: Het behandelen van conflictkwesties
4.1 Tussen uitersten manoeuvreren: arbeidsconflict? (twee betrokkenen)
4.2 Tussen uitersten manoeuvreren: waar gaat dit over? (twee betrokkenen)
4.3 Duidelijke kaders scheppen: familieconflict (drie betrokkenen)
4.4 Duidelijke kaders scheppen: scheiding (twee betrokkenen)
4.5 De koek vergroten: burenruzie (drie - acht betrokkenen)
4.6 De koek vergroten: ruzie in de familie (twee betrokkenen)
4.7 Down to the whole: fusieperikelen (twee betrokkenen)
4.8 Down to the whole: ruzie tussen vennoten (twee betrokkenen)

Bijlage 1: De hoofdtaken van de mediator conform het Handboek Mediation 2009
Bijlage 2: Eindtermen vaardigheidstoets Intop Mediation

Over de auteurs