Dr. J.H.M. Arts is geboren in 1956. Hij is in 1982 afgestudeerd in Fiscaal Recht aan de Universiteit van Amsterdam en in 1985 aan diezelfde universiteit in Nederlands Recht met specialisatie vennootschapsrecht.
Meer over J.H.M. ArtsOnzakelijke leningen
Paperback Nederlands 2018 2e druk 9789013149845Samenvatting
Het leerstuk van de onzakelijke lening blijft de fiscale gemoederen bezighouden. Dit boek geeft een actueel overzicht van de ontwikkelingen op het gebied van onzakelijke leningen aan de hand van rechtspraak van de Hoge Raad. Wat zijn de gevolgen van een onzakelijke lening voor zowel de crediteur als de debiteur?
Op 25 november 2011 kreeg het leerstuk van de onzakelijke lening zijn definitieve beslag in de arresten van de Hoge Raad. Sindsdien is er nog veel nieuwe rechtspraak van de Hoge Raad over onzakelijke leningen verschenen. De Hoge Raad heeft daarin de nodige vragen beantwoord. Er staan echter nog steeds vragen open, zodat het leerstuk van de onzakelijke lening de gemoederen blijft bezighouden.
Onzakelijke leningen schetst de huidige stand van zaken van dit complexe leerstuk. Hierbij is de rechtspraak van de Hoge Raad leidend.
De auteur bakent de contouren van de onzakelijke lening af, waarna hij ruimschoots ingaat op de gevolgen van zowel crediteuren als debiteuren bij het aangaan van een onzakelijke lening. Hierbij behandelt hij afzonderlijk de diverse verschijningsvormen van een onzakelijke lening, te weten de onzakelijke lening:
-door een vennootschap aan haar aandeelhouder (omhoog)
-door een aandeelhouder aan zijn vennootschap (omlaag)
-tussen zustermaatschappijen (opzij)
Dit boek beantwoordt vele vragen omtrent onzakelijke leningen, zoals: Wanneer is een lening onzakelijk? Wie moet bewijzen dat een lening onzakelijk is? Wanneer vindt bij een onzakelijke lening een kapitaalstorting plaats? Geldt het leerstuk van de onzakelijke lening ook voor de terbeschikkingstellingsregeling in de inkomstenbelasting in andere gevallen dan die van de verstrekking van een onzakelijke lening door een aandeelhouder aan een vennootschap waarin hij een aanmerkelijk belang heeft?
Sinds de vorige druk van het boek is veel nieuwe rechtspraak verschenen. Deze is in het boek verwerkt. Allereerst is de bespreking van de rechtspraak van de Hoge Raad aangevuld met de belangrijkste rechtspraak van de Hoge Raad over onzakelijke leningen die sinds de vorige druk is verschenen.
Verder is die rechtspraak verwerkt bij de bespreking van de diverse aspecten van onzakelijke leningen. Ten slotte zijn in het boek sinds de vorige druk verschenen literatuur, beleidsbesluiten en relevante wetswijzigingen verwerkt.
Dit boek behandelt systematisch de belangrijkste aspecten van de fiscale behandeling van onzakelijke leningen, en is daarmee een verhelderende bron van informatie voor zowel student als professional.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Lijst met gebruikte afkortingen / XV
HOOFDSTUK 1
De ontwikkeling van het leerstuk van de onzakelijke lening / 1
1.1 Inleiding / 1
1.2 Het certificaathoudersuitkooparrest, BNB 2008/191 / 2
1.3 De arresten van de Hoge Raad van 25 november 2011 over de onzakelijke lening omlaag / 5
1.3.1 De arresten van 25 november 2011 / 5
1.3.2 HR 25 november 2011, 08/05323, ECLI:NL:HR:2011:BN3442, BNB 2012/37 / 6
1.3.3 HR 25 november 2011, 10/05161, ECLI:NL:HR:2011:BR4807, BNB 2012/38 / 9
1.3.4 HR 25 november 2011, 10/04588, ECLI:NL:HR:2011:BP8952, BNB 2012/78 / 10
1.4 HR 13 januari 2012, 10/03654, ECLI:NL:HR:2012:BP8068, BNB 2012/79 / 14
1.5 De arresten van de Hoge Raad van 9 maart 2012 over onzakelijke leningen / 15
1.5.1 De arresten van de Hoge Raad van 9 maart 2012 / 15
1.5.2 HR 9 maart 2012, 10/04488, ECLI:NL:HR:2012:BV8175, BNB 2012/132 / 16
1.5.3 HR 9 maart 2012, 11/01963, ECLI:NL:HR:2012:BV8199, BNB 2012/133 / 17
1.6 De arresten van de Hoge Raad van 1 maart 2013 over onzakelijke leningen / 19
1.6.1 De arresten van de Hoge Raad van 1 maart 2013 / 19
1.6.2 HR 1 maart 2013, 12/03088, ECLI:NL:HR:2013:BZ2735, BNB 2013/148 / 20
1.7 HR 15 maart 2013, 11/02248, ECLI:NL:HR:2013:BW6552, BNB 2013/149 / 21
1.8 De arresten van de Hoge Raad van 3 mei 2013 over onzakelijke leningen / 23
1.8.1 De arresten van de Hoge Raad van 3 mei 2013 / 23
1.8.2 HR 3 mei 2013, 11/03249, ECLI:NL:HR:2013:BW1971, BNB 2013/170 / 24
1.8.3 HR 3 mei 2013, 12/04193, ECLI:NL:HR:2013:BZ9156, BNB 2013/171 / 25
1.9 HR 28 februari 2014, 12/03526, ECLI:NL:HR:2014:417, BNB 2014/98 / 27
1.10 HR 26 september 2014, 13/02261, ECLI:NL:HR:2014:2781, BNB 2015/12 / 30
1.11 HR 17 oktober 2014, 14/00955, ECLI:NL:HR:2014:2984, BNB 2015/13 / 31
1.12 HR 20 maart 2015, 13/05470, ECLI:NL:HR:2015:645, BNB 2015/141 / 31
1.13 HR 18 december 2015, 15/00942, ECLI:NL:HR:2015:3599, BNB 2016/38 / 34
1.14 HR 22 april 2016, 15/03701, ECLI:NL:HR:2016:703, BNB 2016/133 / 35
1.15 HR 16 september 2016, 15/03909, ECLI:NL:HR:2016:2079, BNB 2017/21 / 37
1.16 HR 14 oktober 2016, 16/01370, ECLI:NL:HR:2016:2340, BNB 2017/6 / 39
1.17 HR 6 oktober 2017, 16/04326, ECLI:NL:HR:2017:2549, BNB 2017/216 / 41
1.18 HR 8 december 2017, 17/02993, ECLI:NL:HR:2017:3076, BNB 2018/42 / 43
1.19 HR 5 januari 2018, 16/01047, ECLI:NL:HR:2018:2, BNB 2018/60 / 44
1.20 Samenvatting en conclusies / 48
HOOFDSTUK 2
De kwalificatie van de onzakelijke lening binnen het kader van de totale winst / 55
2.1 Inleiding / 55
2.2 De kwalificatie van de onzakelijke lening volgens de Hoge Raad / 55
2.2.1 De kwalificatie van de onzakelijke lening voor de vennootschapsbelasting / 55
2.2.2 De kwalificatie van de onzakelijke lening voor de inkomstenbelasting / 59
2.3 Een kritische beschouwing van de rechtspraak van de Hoge Raad over onzakelijke leningen / 63
2.4 Samenvatting en conclusie / 70
HOOFDSTUK 3
De vaststelling of een lening onzakelijk is / 75
3.1 Inleiding / 75
3.2 Het belang van de voorwaarden bij de beoordeling of een lening onzakelijk is / 76
3.2.1 Algemeen / 76
3.2.2 Voorwaarden en omstandigheden van een onzakelijke lening volgens de rechtspraak / 77
3.2.3 Criteria bij de beoordeling of sprake is van een onzakelijke lening / 81
3.3 De verdeling van de bewijslast / 84
3.3.1 Algemeen / 84
3.3.2 De verdeling van de bewijslast met betrekking tot de vaststelling of een lening onzakelijk is / 85
3.4 De simultaanuitzondering / 87
3.5 Bijzondere omstandigheden / 88
3.6 De invloed van art. 8b Wet VPB 1969 op de bewijslastverdeling / 90
3.7 Conclusie / 92
HOOFDSTUK 4
De verhouding tussen onzakelijke leningen en verkapte kapitaalverstrekkingen / 95
4.1 Inleiding / 95
4.2 Verkapte kapitaalverstrekkingen / 96
4.2.1 Hoofdregel en uitzonderingen met betrekking tot de fiscale behandeling van geldleningen / 96
4.2.2 Schijnleningen / 97
4.2.3 Bodemlozeputleningen / 98
4.2.4 Deelnemerschapsleningen / 98
4.3 Verkapte kapitaalverstrekkingen voor de vennootschapsbelasting / 100
4.4 Verkapte kapitaalverstrekkingen voor de inkomstenbelasting / 101
4.5 Conclusie / 104
HOOFDSTUK 5
De op een onzakelijke lening in aanmerking te nemen rente / 107
5.1 inleiding / 107
5.2 De bepaling van de op een onzakelijk lening in aanmerking te nemen rente / 108
5.3 De bij de debiteur van een onzakelijke lening aftrekbare rente / 111
5.4 Conclusie / 112
HOOFDSTUK 6
De gevolgen van een onzakelijke lening voor de crediteur / 113
6.1 Inleiding / 113
6.2 De gevolgen van een onzakelijke lening door een ondernemer voor de inkomstenbelasting / 114
6.3 De gevolgen van een verlies op een onzakelijke lening omlaag voor de vennootschapsbelasting / 116
6.3.1 De gevolgen van de afwaardering / 116
6.3.2 De gevolgen van een vervreemding, kwijtschelding of omzetting in kapitaal van de lening / 118
6.4 De gevolgen van een verlies op een onzakelijke lening omlaag voor de inkomstenbelasting / 125
6.4.1 De gevolgen van de afwaardering / 125
6.4.2 De gevolgen van een vervreemding, kwijtschelding of omzetting in kapitaal van de lening / 127
6.5 De gevolgen van de niet-aftrekbaarheid van het verlies op een onzakelijke lening omhoog / 128
6.6 Samenvatting en conclusies / 131
HOOFDSTUK 7
De gevolgen van een onzakelijke lening voor de debiteur / 133
7.1 Inleiding / 133
7.2 De gevolgen van een onzakelijke lening omlaag / 133
7.2.1 De aftrek van rente op een onzakelijke lening omlaag / 133
7.2.2 Kwijtschelding / 137
7.2.3 Liquidatie van de vennootschap-debiteur / 138
7.3 De onzakelijke lening omhoog / 138
7.3.1 De onzakelijke lening omhoog aan een vennootschapsbelastingplichtige aandeelhouder / 138
7.3.2 De onzakelijke lening omhoog aan een aanmerkelijkbelanghouder / 138
7.4 Samenvatting en conclusies / 139
HOOFDSTUK 8
De onzakelijke lening opzij / 141
8.1 Inleiding / 141
8.2 Wanneer is sprake van een onzakelijke lening opzij? / 141
8.3 De gevolgen van een onzakelijke lening opzij / 142
8.4 Samenvatting en conclusies / 144
HOOFDSTUK 9
De terbeschikkingstelling van een onzakelijke lening door een verbonden persoon / 147
9.1 Inleiding / 147
9.2 De terbeschikkingstelling van een onzakelijke lening door een met een aanmerkelijkbelanghouder verbonden persoon / 148
9.2.1 Onzakelijke leningen aan een vennootschap door een met een aanmerkelijkbelanghouder verbonden persoon / 148
9.2.2 De gevolgen van onzakelijke leningen aan een vennootschap door een met een aanmerkelijkbelanghouder verbonden persoon / 149
9.3 De ongebruikelijke terbeschikkingstelling van een onzakelijke lening aan een vennootschap / 154
9.3.1 De ongebruikelijke terbeschikkingstelling van een lening aan een vennootschap / 154
9.3.2 De gevolgen van een kwijtschelding of omzetting in kapitaal van een onzakelijke lening / 156
9.3.3 De correctie van de rente op een onzakelijke lening / 158
9.4 De terbeschikkingstelling van een onzakelijke lening tussen natuurlijke personen / 159
9.5 Samenvatting en conclusies / 160
HOOFDSTUK 10
De onzakelijke borgstelling / 163
10.1 Inleiding / 163
10.2 De onzakelijke borgstelling voor de vennootschapsbelasting / 164
10.3 De onzakelijke borgstelling voor de inkomstenbelasting / 167
10.3.1 De toepassing van de terbeschikkingstellingsregeling bij een onzakelijke borgstelling / 167
10.3.2 De ongebruikelijke terbeschikkingstelling door een onzakelijke borgstelling / 170
10.4 De gevolgen van een onzakelijke borgstelling / 172
10.4.1 De in aanmerking te nemen vergoeding voor een onzakelijke borgstelling / 172
10.4.2 Het verlies op een regresvordering uit hoofde van een onzakelijke borgstelling / 173
10.5 Samenvatting en conclusies / 174
HOOFDSTUK 11
Onzakelijke leningen en de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting / 177
11.1 Inleiding / 177
11.2 Waardering onderlinge vorderingen en schulden bij het aangaan van een fiscale eenheid / 177
11.3 Winstsplitsing tijdens het bestaan van een fiscale eenheid / 179
11.4 Waardering vorderingen en schulden bij beëindiging van een fiscale eenheid / 180
11.5 Onzakelijke leningen binnen een fiscale eenheid en de per-elementbenadering / 183
11.6 Samenvatting en conclusie / 185
HOOFDSTUK 12
De onzakelijke lening in internationale situaties / 187
12.1 Inleiding / 187
12.2 De verstrekking van een onzakelijke lening vanuit een vaste inrichting in het buitenland / 187
12.3 De onzakelijke lening van een buitenlandse aanmerkelijkbelanghouder aan een Nederlandse vennootschap / 190
12.4 Samenvatting en conclusies / 191
HOOFDSTUK 13
Het vermijden van een onzakelijke lening / 193
HOOFDSTUK 14
Samenvatting / 197
Schema om te bepalen of een lening aan een vennootschap onzakelijk is / 203
Jurisprudentieregister / 207
Trefwoordenregister / 213
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan