De insolvente naamloze en besloten vennootschap
Gebonden Nederlands 2020 1e druk 9789013157888Samenvatting
Deze uitgave verkent het grensgebied tussen het ondernemings- en insolventierecht omtrent insolvente naamloze en besloten vennootschappen. De lezer krijgt inzicht in uiteenlopende vennootschapsrechtelijke vragen waartegen curatoren of bewindvoerders kunnen aanlopen.
In de Europese Unie en in Nederland leeft de wens om herstructureringen van bedrijven in moeilijkheden te bevorderen. Een gevolg hiervan is dat het grensgebied tussen het ondernemings- en insolventierecht op de voorgrond treedt. Desondanks is hierover al ruim twee decennia niet uitgebreid geschreven. De insolvente naamloze en besloten vennootschap biedt u een actueel beeld van de contouren van dit grensgebied tussen het ondernemings- en insolventierecht, waar het betreft insolvente naamloze en besloten vennootschappen.
Insolvente vennootschappen
In deze titel gaat het vooral om vennootschapsrechtelijke vragen waartegen een curator of bewindvoerder in de praktijk kan aanlopen. Er komen dus vooral praktische kwesties aan de orde, maar de auteur past ook een meer wetenschappelijke insteek toe. Met name daar waar het onbekend terrein betreft, of wanneer er over een onderwerp discussie bestaat in de jurisprudentie of literatuur. De auteur slaagt er zodoende in de balans tussen praktische toepasbaarheid en wetenschappelijke diepgang te waarborgen.
Bent u werkzaam als bewindvoerder in een surseance van betaling, insolventierechtadvocaat of curator? Dan mag deze uitgave niet in uw collectie ontbreken. Ook rechters in insolventiezaken en rechters-commissaris benoemd in insolventieprocedures hebben baat bij de eigentijdse verkenning van het grensgebied tussen het ondernemings- en insolventierecht omtrent insolvente naamloze en besloten vennootschappen.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
INLEIDING 1
1 DE FAILLIETE VENNOOTSCHAP EN DE CURATOR – ALGEMENE OPMERKINGEN 7
Inleiding 7
1.1 Verhouding curator – vennootschap 12
1.2 De taak van de curator en belangenbehartiging bij een failliete vennootschap 15
1.3 De curator en het doel van de vennootschap 20
1.4 De gebondenheid van de curator aan vennootschapsrechtelijke regels 22
2 DE VERHOUDINGEN TUSSEN DE CURATOR EN DE
VENNOOTSCHAPSORGANEN 31
Inleiding 31
2.1 Verhouding curator – bestuur 31
2.1.1 Taak van de curator versus taak van het bestuur 32
2.1.2 Vertegenwoordiging 34
2.1.3 Besluitvorming 36
2.1.4 Informatieverstrekking over en weer 38
2.1.4.1 Informatieverstrekking door bestuurders 38
2.1.4.2 Informatieverstrekking door de curator 44
2.1.5 Benoeming, schorsing en ontslag van bestuurders 50
2.1.6 Bestuurdersaansprakelijkheid 53
2.1.6.1 Inleiding 53
2.1.6.2 Bestuurdersaansprakelijkheid voor daden verricht vóór faillissement 53
2.1.6.3 Bestuurdersaansprakelijkheid voor daden verricht na faillissement 83
2.1.6.4 Exoneratie, vrijwaring en verzekering 85
2.1.7 Bestuursverbod 92
2.1.8 Claw back-regeling (art. 2:135 lid 8 BW) 97
2.2 Verhouding curator – algemene vergadering/aandeelhouders 98
2.2.1 Vennootschapsrechtelijke bevoegdheden/verplichtingen van de algemene vergadering 99
2.2.2 Curator – algemene vergadering – individuele aandeelhouder 101
2.2.3 De aandeelhouder als crediteur 104
2.3 Verhouding curator – raad van commissarissen 118
2.3.1 Taak van de raad van commissarissen in faillissement 118
2.3.2 Informatieverstrekking over en weer 122
2.3.2.1 Informatieverstrekking door commissarissen 122
2.3.2.2 Informatieverstrekking aan de raad van commissarissen 123
2.3.3 Benoeming, schorsing en ontslag van commissarissen 124
2.3.4 Aansprakelijkheid van commissarissen/exoneratie, vrijwaring en verzekering 127
2.3.5 Bestuursverbod 131
3 DE CURATOR EN DE ONDERNEMINGSRAAD 133
Inleiding 133
3.1 (Voorafgaand aan) de faillietverklaring 134
3.2 Wie is ondernemer in de zin van de WOR? 137
3.3 Ontslag/rechtspositie ondernemingsraadslid 138
3.4 Informatieverstrekking – geheimhoudingsplicht (art. 31-31f WOR; art. 20 WOR) 139
3.5 Overlegvergadering (art. 23-24 WOR) 143
3.6 Adviesrecht – beroepsrecht (art. 25-26 WOR; art. 30 WOR) 146
3.7 Instemmingsrecht (art. 27 WOR) 151
3.8 Kosten van de ondernemingsraad 151
4 VENNOOTSCHAPSRECHTELIJKE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN DE CURATOR 153
Inleiding 153
4.1 Statutaire doel – beroep op doeloverschrijding (art. 2:7 BW) 153
4.2 Redelijkheid en billijkheid van art. 2:8 BW 156
4.3 Opgaaf aan het handelsregister (art. 2:19 lid 3 en 6 BW) 156
4.4 Uitschrijving en inning van niet-gedane stortingen op aandelen (art. 2:84/193 BW) 157
4.5 Nachgründung (art. 2:94c BW) 169
4.6 Inkoop van eigen aandelen (art. 2:98 e.v. en art. 2:207 e.v. BW) 173
4.7 Statutenwijziging (art. 2:127/237 BW) 183
4.8 Boekhoud- en bewaarplicht (art. 2:10 BW) 186
4.9 Opmaken, vaststellen en publiceren jaarrekening (art. 2:101/210 en art. 2:394 BW) 191
4.10 Winstuitkeringen (art. 2:105/216 BW) 196
4.11 Eenpersoonsvennootschap – schriftelijke vastlegging rechtshandelingen (art. 2:137/247 BW) 201
4.12 De curator en de besluitvorming door organen van de vennootschap 206
4.12.1 Het ontbreken van bestuurders en commissarissen – bijeenroeping van de algemene vergadering 207
4.12.2 De curator oordeelt een besluit onwenselijk of wenst dat een bepaald besluit wordt genomen 210
4.12.2.1 De taak van de curator 211
4.12.2.2 Het primaat van de algemene vergadering 213
4.12.2.3 Art. 1 Protocol 1 EVRM 219
4.12.2.4 De voorzieningenrechter en art. 2:8 BW 223
4.13 Enquêterecht 227
4.13.1 Enquêteverzoek betreffende de failliete vennootschap (art. 2:346 BW) 227
4.13.2 Verweerschrift in enquêteprocedure betreffende de failliete vennootschap 231
5 AANDELEN IN DE BOEDEL 233
Inleiding 233
5.1 Het aandeel als overdraagbaar vermogensbestanddeel – blokkeringsregeling 233
5.2 Uitoefening van aan aandelen verbonden rechten door de curator 238
5.2.1 Stemrecht 238
5.2.2 Andere aan aandelen verbonden rechten dan stemrecht 239
5.2.3 Aandachtspunten voor de curator 240
5.2.4 Bevoegdheid om een enquête te verzoeken bij de dochtervennootschap 243
6 DE FAILLIETE CONCERNVENNOOTSCHAP 249
Inleiding 249
6.1 De failliete moedervennootschap 249
6.2 De failliete dochtervennootschap 255
6.3 Geconsolideerde afwikkeling 262
6.3.1 Wat is een geconsolideerde afwikkeling? 262
6.3.2 Redenen voor en gevolgen van geconsolideerde afwikkeling 264
6.3.3 Gevolgen van geconsolideerde afwikkeling voor (de organen van) de vennootschap 270
6.3.4 Gevolgen van geconsolideerde afwikkeling voor de aandeelhouders 271
7 DE HERSTRUCTURERENDE VENNOOTSCHAP: BUITEN FORMELE INSOLVENTIE 277
Inleiding 277
7.1 Het buitengerechtelijk akkoord vanuit vennootschapsrechtelijk perspectief 280
7.1.1 Inhoud van een buitengerechtelijk akkoord 280
7.1.2 De rol van het bestuur versus de rol van de algemene vergadering 282
7.1.2.1 De basis: het vennootschapsrecht 282
7.1.2.2 Inmenging door aandeelhouders, voorbeelden en aandachtspunten 286
7.1.2.3 Bestuurstaak – belangenrichtsnoer 289
7.1.2.4 WHOA 290
7.1.2.5 Uitvoering van een buitengerechtelijk akkoord 301
7.1.2.6 Bestuurdersaansprakelijkheid 302
7.1.3 Rol van de raad van commissarissen 304
7.1.4 Rol van de ondernemingsraad 307
7.2 Het ‘groepsakkoord’ 310
7.3 De beoogd curator 312
8 DE TOTSTANDKOMING VAN EEN AKKOORD IN FAILLISSEMENT 319
Inleiding 319
8.1 Inhoud van een akkoord 320
8.1.1 Inleiding 320
8.1.2 Schuldeisers met voorrang 321
8.1.3 Kapitaalvermindering (art. 2:99-2:100 en art. 2:208 BW) 322
8.1.4 Kapitaalvermeerdering (art. 2:96-2:97 en art. 2:206-2:206a BW) 330
8.1.5 ‘Akkoord vreemde bepalingen’ 332
8.2 Besluitvorming omtrent het akkoordvoorstel 334
8.3 Stemming over een akkoord 338
8.4 Homologatie van een akkoord 339
8.5 Een akkoord in een geconsolideerd faillissement 340
8.6 Gevolgen van een akkoord voor de rechtspersoon 342
9 DE VENNOOTSCHAP IN SURSEANCE 345
Inleiding 345
9.1 De aanvraag 345
9.2 Verhouding bewindvoerder – vennootschap en de organen van de vennootschap 346
9.2.1 Inleiding 346
9.2.2 Vennootschapsrechtelijke bevoegdheden en taken 347
9.2.3 Juridische fusie en splitsing 351
9.2.4 Discussies tussen de bewindvoerder en de vennootschapsorganen, en patstellingen binnen de vennootschap 354
9.2.5 Informatieverstrekking tussen de bewindvoerder en de
vennootschapsorganen 358
9.2.6 Bestuurders- en commissarissenaansprakelijkheid 361
9.3 Ruimere bevoegdheden voor de bewindvoerder? 362
9.4 Verhouding bewindvoerder – schuldenaar – ondernemingsraad 363
9.5 Het surseanceakkoord 364
9.6 Gevolgen van de surseance voor de rechtspersoon 369
9.7 De concernvennootschap in surseance 371
Conclusie 373
Afkortingenlijst 375
Literatuurlijst 379
Trefwoordenregister 417
Wetsartikelenregister 421
Jurisprudentieregister 433
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan