De geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van de advocaat
Paperback Nederlands 2018 9789046608968Samenvatting
Advocaten en hun cliënten moeten vrij en vertrouwelijk met elkaar kunnen communiceren. Dit wordt als een maatschappelijk belang gezien: zonder gegarandeerde vertrouwelijkheid geen openheid van cliënten, zonder openheid geen optimale juridische advisering en bijstand door een advocaat. In Nederland wordt deze vertrouwelijkheid gewaarborgd door de geheimhoudingsplicht en het professionele verschoningsrecht van de advocaat. De grenzen hiervan staan de laatste tijd echter onder druk.
In dit boek wordt de Nederlandse regeling van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van de advocaat vanuit een rechtsvergelijkend perspectief beschreven en geëvalueerd. Voor mogelijke verbeterpunten wordt inspiratie geput uit de regeling van het secret professionnel in Frankrijk en het legal professional privilege in Engeland. Ook wordt de regeling getoetst aan de hoofdregels en minimumwaarborgen die voortvloeien uit de relevante jurisprudentie van het EHRM en het HvJ EU.
Vragen die in het boek bijvoorbeeld aan de orde komen zijn: welke informatie wordt beschermd door het beginsel van vertrouwelijkheid? Kan of moet het belang van vertrouwelijkheid soms wijken voor andere maatschappelijke belangen? In hoeverre zijn beperkingen en uitzonderingen toelaatbaar? Als rode draad wordt steeds het doel van het beginsel voor ogen gehouden: de onbelemmerde rechtshulp door een advocaat.
Specificaties
Lezersrecensies
Geef uw waardering
Inhoudsopgave
VOORWOORD 21
HOOFDSTUK 1
Inleiding 25
1.1 Het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt 25
1.2 Recente maatschappelijke ontwikkelingen 26
1.3 Centrale onderzoeksvragen en doel van het onderzoek 28
1.4 Methode 30
1.5 Opzet van het onderzoek 31
1.6 Afbakening en begripsbepaling 33
HOOFDSTUK 2
De rol en de specifieke kenmerken van de advocaat in Nederland, Frankrijk en Engeland 37
2.1 Inleiding 37
2.2 De advocaat in Nederland 38
2.2.1 Inleiding 38
2.2.2 Decreet van 1810 en Reglement III 38
2.2.3 De Advocatenwet 1952 40
2.2.4 Huidige regelgeving en organisatie in hoofdlijnen 42
2.2.5 Wijzen van beroepsuitoefening 44
2.2.6 De verhouding tussen de advocaat en zijn cliënt 48
2.2.7 De rol van de advocaat en kernwaarden 48
2.3 De advocaat in Frankrijk 51
2.3.1 Inleiding 51
2.3.2 Regelgeving advocatuur in de 19e eeuw 52
2.3.3 Regelgeving advocatuur in de 20ste eeuw tot 1971 55
2.3.4 Wijzigingen in de beroepsuitoefening als gevolg van hervormingen in 1971 en 1990 57
2.3.5 Huidige regelgeving en organisatie in hoofdlijnen 59
2.3.6 Wijzen van beroepsuitoefening 62
2.3.7 De verhouding tussen de advocaat en zijn cliënt 64
2.3.8 De rol van de advocaat en kernwaarden 64
2.4 Solicitors en barristers in Engeland 65
2.4.1 Inleiding 65
2.4.2 Herkomst solicitors en barristers en ontwikkelingen in de 19e eeuw 66
2.4.3 De CLSA; rights of audience en afbreken monopolies 69
2.4.4 Access to Justice Act 1999 70
2.4.5 Huidige regelgeving en organisatie in hoofdlijnen 71
2.4.6 Wijzen van beroepsuitoefening 74
2.4.7 De verhouding tussen de advocaat en zijn cliënt 76
2.4.8 Rol van de solicitor en de barrister en kernwaarden 78
2.5 Conclusie 79
HOOFDSTUK 3
Grondslag en functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt 81
3.1 Inleiding 81
3.2 Grondslag en functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Nederland 81
3.2.1 Inleiding 81
3.2.2 Art. 272 Sr; achtergrond en wetsgeschiedenis 82
3.2.3 Art. 272 Sr; jurisprudentie en doctrine 84
3.2.4 De geheimhoudingsplicht van de advocaat in het gedragsrecht 85
3.2.5 De geheimhoudingsplicht in de Advocatenwet 86
3.2.6 Art. 1946 BW(oud) en art. 189 Sv (oud); achtergrond en wetsgeschiedenis 88
3.2.7 Grondslag van het verschoningsrecht; jurisprudentie en doctrine 91
3.2.8 Functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Nederland 97
3.3. Grondslag en functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Frankrijk 97
3.3.1 Inleiding 97
3.3.2 Achtergrond en wetshistorie art. 378 Code Pénal 98
3.3.3 Oorsprong en grondslag van het secret professionnel 100
3.3.4 ‘Verschoningsrecht’ van de advocaat 105
3.3.5 Functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Frankrijk 105
3.4 Grondslag en functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Engeland 106
3.4.1 Inleiding 106
3.4.2 Grondslag van de geheimhoudingsplicht 107
3.4.3 Ontwikkeling grondslag en functie van legal professional privilege tot en met de 19e eeuw 110
3.4.4 Ontwikkeling grondslag legal advice privilege vanaf de 20ste eeuw 117
3.4.5 Ontwikkeling grondslag litigation privilege vanaf de 20ste eeuw 125
3.4.6 Functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Engeland 128
3.5 Functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in de gekozen rechtsstelsels 129
HOOFDSTUK 4
Het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Europees perspectief 131
4.1 Inleiding 131
4.2 Europese regelgeving 132
4.2.1 CCBE Gedragscode 132
4.2.2 Handvest van kernbeginselen van de Europese advocaat 134
4.2.3 Aanbeveling rec (2000)21 van het Comité van Ministers van de Raad van Europa 135
4.2.4 Resolutie 2045 (2015) van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa 136
4.2.5 Artikel 6 en artikel 8 EVRM 137
4.2.6 Handvest van de grondrechten van de EU 138
4.2.7 Het beroepsgeheim in de Europese anti-witwasrichtlijnen 139
4.2.8 Bescherming van vertrouwelijke communicatie in Richtlijn 2013/48/EU 146
4.3 Jurisprudentie EHRM 146
4.3.1 Inleiding 146
4.3.2 Art. 8 EVRM en de bescherming van vertrouwelijke communicatie tussen advocaat en cliënt 147
4.3.3 Toetsing van een klacht wegens een schending of beperking van het beroepsgeheim; art. 8 lid 2 EVRM 151
4.3.4 Meldingsplicht advocaat op grond van Europese anti- witwasrichtlijnen en art. 8 EVRM 164
4.3.5 Art. 6 EVRM 169
4.4 Jurisprudentie Europese Hof van Justitie 171
4.4.1 Inleiding 171
4.4.2 AM&S, Hilti en Akzo arresten 171
4.4.3 HvJ EG 26 juni 2007 176
4.5 Samenvatting en conclusie 181
HOOFDSTUK 5
Het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Nederland 185
5.1 Inleiding 185
5.2 Wezenskenmerken van de geheimhoudingsplicht en verschoningsrecht advocaat 186
5.3 De geheimhoudingsplicht van de advocaat; inhoud en omvang 190
5.3.1 Geheimhoudingsplicht in de Advocatenwet 190
5.3.2 Art. 46 Advocatenwet 191
5.3.3 Gedragsregels 1992, regel 6 192
5.4 Schending van de geheimhoudingsplicht in het tuchtrecht 196
5.5 Artikel 272 Sr 199
5.5.1 Strafbaarstelling opzettelijke schending geheimhoudingsplicht 199
5.5.2 Zwijgplicht tegenover wie? 200
5.5.3 Geheim 200
5.5.4 Strafvervolging op grond van art. 272 Sr 201
5.6 Het verschoningsrecht van de advocaat; regelgeving 204
5.6.1 Inleiding 204
5.6.2 Algemeen; verschoningsrecht als uitzondering op getuigplicht 204
5.6.3 Bescherming verschoningsrecht in specifieke rechtsgebieden en procedures 205
5.7 Omvang en reikwijdte verschoningsrecht; de hoofdregels 208
5.7.1 Toetsing door de rechter 208
5.7.2 De hoedanigheid van advocaat 210
5.7.3 Advocaat in dienstbetrekking 217
5.7.4 De hoedanigheid van cliënt 218
5.7.5 Toevertrouwde informatie; wat valt eronder? 218
5.7.6 Afgeleid verschoningsrecht 224
5.8 Verschoningsrecht en strafvorderlijke bevoegdheden 227
5.8.1 Inleiding 227
5.8.2 Doorzoeking en inbeslagneming 228
5.8.3 Het doorzoeken ter vastlegging van gegevens 244
5.8.4 Vorderen van gegevens 246
5.8.5 Het opnemen van communicatie en de vernietigingsplicht ex art. 126 aa Sv 247
5.9 Grenzen aan en beperkingen op het beginsel van vertrouwelijkheid 255
5.9.1 Inleiding 255
5.9.2 Toestemming cliënt en noodtoestand 255
5.9.3 Eigen verdediging advocaat 257
5.9.4 Zeer uitzonderlijke omstandigheden 257
5.9.5 Wettelijke plicht; Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme 265
5.9.6 Doorbreking geheimhoudingsplicht in Advocatenwet 268
5.10 Knelpunten en verbeterpunten met betrekking tot regelgeving en toepassing van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht in de praktijk 269
5.10.1 Inleiding 269
5.10.2 Zeer uitzonderlijke omstandigheden 269
5.10.3 Procedure toetsing verschoningsrecht door rechter en waarborg deken 272
5.10.4 Discussie verschoningsrecht en uitbreidende palet aan werkzaamheden advocaat 275
5.10.5 Verschoningsrecht en communicatie met derden 276
5.10.6 Begrip ‘advies’ in Wwft 277
5.10.7 Corpora et instrumenti delicti 278
5.10.8 Aftappen communicatie 279
5.11 Conclusie 280
HOOFDSTUK 6
Het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Frankrijk 283
6.1 Inleiding 283
6.2 Wezenlijke kenmerken van het secret professionnel 284
6.3 Het secret professionnel van de advocaat; inhoud en regelgeving 288
6.3.1 Inleiding 288
6.3.2 Wetgeving; Art. 66-5 van de wet van 31 december 1971 288
6.3.3 Decreet nr. 2005-790 290
6.3.4 Orderegelgeving; Règlement intérieur national (RIN), art. 2 en 2 bis 292
6.3.5 Bescherming secret professionnel in specifieke rechtsgebieden en procedures 294
6.4 Schending van het secret professionnel 296
6.4.1 Strafbaarstelling van de schending van het secret professionnel; Code Pénal 296
6.4.2 Schending van het secret professionnel in het tuchtrecht en in het civiele recht 298
6.4.3 Schending van het secret de l’enquête et de l’instruction 298
6.5 Omvang en reikwijdte secret professionnel; de hoofdregels 299
6.5.1 Hoedanigheid van advocaat 299
6.5.2 Hoedanigheid van cliënt 302
6.5.3 Gedeeld secret professionnel en communicatie met derden 303
6.5.4 Het toevertrouwen van informatie/object secret professionnel 304
6.6 Secret professionnel en strafvorderlijke bevoegdheden 310
6.6.1 Doorzoeking en inbeslagneming bij een cliënt 310
6.6.2 Doorzoeking en inbeslagneming bij een advocaat 311
6.6.3 Toepassing in de praktijk van de procedure 315
6.6.4 Opnemen van communicatie 316
6.7 Grenzen aan en beperkingen op het secret professionnel 318
6.7.1 Inleiding 318
6.7.2 Art. 226-14 Code Pénal 318
6.7.3 Uitzonderingen genoemd in art. 66-5 van de Basiswet 319
6.7.4 Artikel 2(1) RIN en art. 4 van het Decreet 2005 320
6.7.5 Meldingsplicht op grond van anti-witwas regelgeving 321
6.7.6 Informatieplicht op grond van fiscale wetgeving 322
6.7.7 Overig 323
6.8 Conclusie 323
HOOFDSTUK 7
Het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Engeland 325
7.1 Inleiding 325
7.2 Wezenskenmerken van het legal professional privilege 326
7.3 De verplichting van de advocaat tot geheimhouding 329
7.3.1 Inleiding 329
7.3.2 Wet- en regelgeving 330
7.3.3 Jurisprudentie en doctrine; inhoud en reikwijdte 331
7.4 Duty to disclose en de advocaat als getuige 333
7.4.1 Inleiding 333
7.4.2 Duty of disclosure 334
7.4.3 De advocaat als getuige 338
7.5 Omvang en reikwijdte legal professional privilege; de hoofdregels 340
7.5.1 Inleiding 340
7.5.2 Toetsing door de rechter 340
7.5.3 Wie is de ‘lawyer’? 343
7.5.4 Wie is de cliënt? 350
7.6 Object; legal advice privilege: wat valt eronder? 355
7.6.1 Inleiding 355
7.6.2 Communicatie 355
7.6.3 Legal advice privilege en feiten 357
7.6.4 Vertrouwelijkheid 358
7.6.5 Met het oog op het verkrijgen of verlenen van juridisch advies of juridische bijstand 360
7.7 Object; litigation privilege: wat valt eronder? 368
7.7.1 Inleiding 368
7.7.2 Communicatie en feiten 369
7.7.3 Wie is de derde? 370
7.7.4 Materials for the brief 370
7.7.5 Wie komt een beroep op litigation privilege toe? 372
7.7.6 Vertrouwelijkheid 372
7.7.7 Een voorgenomen, te verwachten of aanhangige gerechtelijke procedure 374
7.7.8 Soort procedure 376
7.7.9 Dominant purpose test 377
7.8 Grenzen aan en beperkingen op legal professional privilege 380
7.8.1 Inleiding 380
7.8.2 Crime/fraud exception 381
7.8.3 Wettelijke uitzonderingen 388
7.8.4 Eindigen van privilege 392
7.9 Conclusie 396
HOOFDSTUK 8
Vergelijking 399
8.1 Inleiding 399
8.2 Advocaat in Nederland, Frankrijk en Engeland; rol advocaat, kernwaarden en beroepsuitoefening 400
8.2.1 Rol advocaat in de rechtsbedeling; eisen aan advocaat en beroepsuitoefening 400
8.2.2 Kernwaarden 401
8.2.3 Beroepsuitoefening advocaten 402
8.3 Functie van het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in Nederland, Frankrijk en Engeland 403
8.4 Wezenskenmerken 405
8.4.1 Absoluut dan wel niet-absoluut beginsel 405
8.4.2 Zeggenschap 407
8.4.3 Vertrouwelijke informatie 407
8.5 Hoofdregels omvang en reikwijdte 408
8.5.1 Advocaat 408
8.5.2 Cliënt 410
8.5.3 Wat valt eronder? 410
8.6 Knelpunten in het Nederlandse recht; een vergelijking met Frans recht en Engels recht 411
8.6.1 Inleiding 411
8.6.2 Zeer uitzonderlijke omstandigheden 411
8.6.3 Bescherming vertrouwelijke communicatie bij een doorzoeking ter inbeslagneming en waarborg deken 412
8.6.4 Koppeling beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt aan beroepsuitoefening advocaat 414
8.6.5 Omvang en reikwijdte; (i) communicatie met derden en (ii) corpora et instrumenti delicti 415
8.6.6 Begrip ‘advies’ in Wwft 417
8.6.7 Aftappen communicatie 419
8.7 Samenvatting en conclusie 421
HOOFDSTUK 9
Conclusie en aanbevelingen 425
9.1 Inleiding 425
9.2 In hoeverre zijn naar huidig Nederlands en Europees recht beperkingen en uitzonderingen toelaatbaar op het beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt in de Nederlandse samenleving? 426
9.2.1 Inleiding 426
9.2.2 Geen absoluut beginsel 426
9.2.3 Beperkingen in de Nederlandse wet- en regelgeving 427
9.2.4 Beperking en vrijstelling in de Europese witwasrichtlijnen 429
9.2.5 Beperkingen op grond van de jurisprudentie van het EHRM en het HvJ EU 429
9.2.6 Conclusie 431
9.3 (a) Voldoet de huidige regeling van de geheimhoudingsplicht en het verschoningsrecht van de advocaat in Nederland aan het algemene rechtsbeginsel van vertrouwelijke en onbelemmerde rechtshulp door een advocaat; (b) Voorzover de huidige regeling niet voldoet: op welke wijze zou deze moeten worden aangepast? 431
9.3.1 Inleiding 431
9.3.2 Zeer uitzonderlijke omstandigheden 432
9.3.3 Bescherming vertrouwelijke communicatie bij een doorzoeking en waarborg deken 434
9.3.4 Koppeling beginsel van vertrouwelijkheid tussen advocaat en cliënt aan beroepsuitoefening advocaat 435
9.3.5 ‘Advies’ in Wwft 436
9.3.6 Corpora et instrumenti delicti 437
9.3.7 Aftappen communicatie 437
9.3.8 Conclusie 438
9.4 Aanbevelingen 439
SUMMARY
The obligation to observe secrecy and the right to refuse to give evidence on the part of the lawyer 441
LIJST VAN GERAADPLEEGDE LITERATUUR 455
REGISTER 469
Rubrieken
- Advisering
- Algemeen management
- Coaching en trainen
- Communicatie en media
- Economie
- Financieel management
- Inkoop en logistiek
- Internet en social media
- IT-management / ICT
- Juridisch
- Leiderschap
- Marketing
- Mens en maatschappij
- Non-profit
- Ondernemen
- Organisatiekunde
- Personal finance
- Personeelsmanagement
- Persoonlijke effectiviteit
- Projectmanagement
- Psychologie
- Reclame en verkoop
- Strategisch management
- Verandermanagement
- Werk en loopbaan