Meer macht voor de consument

'Meer macht voor de consument?' is een position paper dat in opdracht is geschreven van de Commissie Van Wijmen, die is belast met de advisering over de toekomstige inrichting van het advocatenberoep. De schrijvers beantwoorden vanuit een rechtssociologisch perspectief de in de maatschappij gerezen vragen over het recht in het algemeen en de rol van de advocaten in het rechtsbestel in het bijzonder.

Terwijl juristen zichzelf graag zien als onontbeerlijke krachten voor het goed en vreedzaam functioneren van de samenleving, staat de omgeving tegenwoordig veel kritischer tegenover de bijdrage die het recht en juristen leveren. Vanuit de rechtseconomische hoek richt de kritiek zich op het aan de advocatuur toegekende domeinmonopolie en de privileges die advocaten toekomen. Er is sprake van een domeinmonopolie, beperkte toegang tot het beroep, titelbescherming en de mededinging beperkende zelfregulering door de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA).

De auteurs constateren dat de advocatuur in veel opzichten voldoet aan de eisen die aan een moderne beroepsgroep worden gesteld. Eigenlijk zijn er slechts twee problemen die om een oplossing vragen. De NOvA is niet goed meer in staat om de dubbele functie van belangenbehartiger en regulerend lichaam te vervullen. Daar zullen keuzes moeten worden gemaakt en de auteurs menen dat het Engelse Clementi-rapport hiervoor een nuttige basis verschaft. Het tweede probleem is dat het voor leken erg moeilijk is om de prijs-kwaliteitverhouding van de juridische dienstverlening te beoordelen. Zij stellen daarom een strikt en transparant kwaliteitsbeleid voor.