Ik begin me steeds meer zorgen te maken: Mijn praktijk zit vol met cliënten die zich leeg en opgebrand voelen. Gemiddeld 20 procent van alle werknemers kampt met burn-outklachten. In het onderwijs ligt dat percentage zelfs rond de 30 procent.De helft van alle volwassen Nederlanders en Vlamingen is te zwaar, 14 procent heeft zelfs obesitas. Dat is zorgelijk als je weet dat overgewicht de kans op zo’n tweehonderd andere ziekten vergroot.
De ongelijkheid in de samenleving neemt steeds verder toe. We blijven evenwel gefixeerd op economische groei; een obsessie die ook nog eens ons klimaat om zeep helpt. Hulpverleners, journalisten, schrijvers, advocaten en rechters worden steeds vaker met de dood bedreigd; of nog erger...
Wat is er aan de hand? Het lijkt erop dat we psychologisch en biologisch ontregeld zijn. We zijn elkaar kwijtgeraakt. Maar we leven toch in een van de rijkste en gelukkigste landen van de wereld?
Psychologisch DNA
Onze voorouders hebben miljoenen jaren geleefd als nomadische jagers-verzamelaars. Pas zo’n 60.000 jaar geleden vertrokken ze uit Afrika en zwermden ze uit over de rest van de wereld. Ongeveer 10.000 jaar geleden zijn ze in dorpen en steden gaan wonen. Ons brein is grotendeels nog steeds het product van die oertijd op de Afrikaanse savanne. We willen voorzien worden in onze psychologische basisbehoeften. Dat zijn de behoeften aan:
- veiligheid;
- verbondenheid;
- waardering;
- autonomie;
- zelfexpressie;
- begrenzing.
Ongezonde drang naar autonomie
Het gezonde verbondenheidsgevoel van lang geleden is vervangen door een ongezonde drang naar autonomie. Deze big two (verbondenheid en autonomie) van onze zes basisbehoeften botsen met elkaar; de balans is zoek. De belangrijkste oorzaak daarvan is dat het liberale idee van zelfexpressie is doorgeschoten. Je zult en je moet gelukkig zijn. Feit is dat niet iedereen krachtig genoeg is om kansen voor zichzelf te creëren en persoonlijk te groeien. En de haves zijn pijnlijk gevangen in een web van prestatiedruk, consumentisme en irreële verwachtingen. Autonomie wint het van verbondenheid. De botsing tussen autonomie en verbondenheid doet biologisch iets met ons. De psychologische en fysieke grens is bereikt. Te veel mensen zijn opgebrand.
Regie op je eigen vitaliteit en geluk
Aangeven hoe het dan wel moet, is zowel een maatschappelijk als een individueel vraagstuk. Dit boek gaat over dat laatste. Voor dat doel heb ik het SLOW-model bedacht. Je vindt het in deel II van dit boek. Met dit simpele en effectieve model kun jij - net als ik - langzamer en dus leuker en gezonder leren leven. Het genoegen ervan ervaren, dat noem ik geluk. SLOW staat voor het organiseren van je eigen situatie, je lichaam en het wij-gevoel. Het is gebaseerd op feiten uit de biologische en psychologische wetenschap en op spirituele inzichten.
Het SLOW-model leerde mij:
- Waarom de F1-maatschappij ons uitput.
- Waarom SLOW leven vaker leidt tot geluksmomenten, zelfinzicht, meer balans in je leven, je vitaal en gezond voelen en het ervaren van (diepere) gevoelens van verbondenheid.
- Hoe door acceptatie van gebeurtenissen nieuwe inzichten en perspectieven ontstaan.
- Hoe je de door jou gewenste gebeurtenissen realiseert.
- Waarom jouw lichaam de sleutel is tot een gezond en leuk leven.
- Hoe je je niet-functionele gedragspatronen kunt doorbreken.
- Waarom sociaal contact je gelukkig maakt.
- Dat spirituele verlichting makkelijker is dan je denkt.
- Waarom en hoe de politiek moet investeren in onze basisbehoefte aan verbondenheid.
Over Leon Schaepkens
Leon Schaepkens studeerde economie, bestuurskunde, rechten & psychologie. Hij is specialist arbeid, organisatie en gezondheid. Daarnaast is hij therapeut en toezichthouder. Hij adviseert en begeleidt organisaties, teams, bestuurders en managers in Nederland en België zodat zij gezond en met werkplezier hun doelen realiseren. Succesvolle leiders voorzien in deze basisbehoeften.