Wat is eigenlijk een risico?
Dit lijkt misschien een domme vraag, maar dat is het niet. Als ik deze vraag stel gaan mensen meestal voorbeelden van risico’s geven: ‘Dat mijn project uitloopt, dat ik niet aan die nieuwe regelgeving kan voldoen, dat we negatief in het nieuws komen ‘. Wát een risico eigenlijk is blijft hierbij verborgen. Is het nou nodig om dit te onthullen? Ja, om te laten zien dat objectieve risico’s niet bestaan.
Oh, dat is dus een risico
Om aannemelijk te maken dat objectieve risico’s eigenlijk helemaal niet bestaan is een scherpe definitie van het begrip risico onontkoombaar. Een werkdefinitie die in de praktijk handig blijkt is de volgende: een onzekere gebeurtenis met oorzaken, een kans van optreden en effecten op doelstellingen. Als we deze definitie ontleden in vijf componenten, dan zien we gelijk dat het gehele risico nooit objectief kan zijn.
Objectieve componenten van een risico
Laten we beginnen met het eenvoudigste, ofwel de objectieve componenten van een risico. Dit zijn de gebeurtenis of situatie, die in de traditionele betekenis van een risico ongewenst is. Voorbeelden zijn de feitelijke vertraging van een project of het aantoonbaar niet kunnen voldoen aan de nieuwe regelgeving. Ook de doelen die bij optreden van deze risico’s worden beïnvloed zijn objectief vast te stellen. In beide voorbeelden zijn die doelen het opleveren van een project conform de planning en het kunnen voldoen aan de eisen van nieuwe regelgeving. Tot zover allemaal helder en eenduidig.
Subjectieve componenten van een risico
En dan nu de resterende drie risicocomponenten. Laten we beginnen met de kans, ofwel de waarschijnlijkheid dat de gebeurtenis of situatie daadwerkelijk optreedt. Als je geluk hebt zijn er statistieken of resultaten uit het verleden beschikbaar, en is zo’n kans met de bijbehorende betrouwbaarheid te berekenen. Heel vaak is dergelijke informatie echter niet beschikbaar, denk maar aan de voorgaande voorbeelden. Dan is het dus een kwestie van inschatten op basis van kennis, ervaring, en misschien wel iets als intuïtie.
Hetzelfde is het geval voor de oorzaken en effecten of gevolgen van het risico. Stel dat die vertraging van het project optreedt, wat zijn dan de oorzaken: zijn ze technisch of organisatorisch van aard, zijn het externe factoren of is het de individuele menselijke factor van medewerkers of managers? Wat is de uitloop in tijd, wat zijn de bijbehorende extra kosten en wat betekent het voor de reputatie van de betrokken organisaties? Dit soort vragen zijn niet louter objectief te beantwoorden. Ze zijn sterk afhankelijk van risicopercepties en dat maakt managers weleens gek.
Effectief omgaan met risico-subjectiviteit
Zelfs in het meest optimistische scenario, met een objectief te bepalen kans van optreden, blijven we dus zitten met gebrek aan kennis over de risico-oorzaken en -effecten. Is dat een probleem? Het is maar net wat je verwachting is. Als je inderdaad de illusie hebt dat risico’s objectief kunnen zijn, dan is dit waarschijnlijk even slikken. Als je dit punt al gepasseerd bent is het simpelweg het leren accepteren van deze realiteit, en daarmee omgaan. Dit betekent bijvoorbeeld het organiseren van diversiteit voor je risicoanalyses: verschillende mensen vanuit verschillende perspectieven dezelfde risico’s laten beoordelen. Wat zo ontstaat, zou je intersubjectiviteit kunnen noemen: uit gedeelde subjectiviteit ontstaat een hanteerbare opinie over het risico. Die helpt je bij de besluitvorming om er al dan niet iets aan te doen. Dit alles gegeven de doelstellingen, de strategie en het beleid van de organisatie. Met andere woorden, zonder objectieve risico’s is best te leven. Sterker nog, het houdt organisaties levendig.
Martin van Staveren is auteur van Risicogestuurd werken in de praktijk.
Over Martin van Staveren
Martin van Staveren is adviseur, auteur, docent en spreker. Hij ontwikkelde het gedachtegoed voor risicoleiderschap. Met zijn bureau VSRM helpt hij organisaties doelgericht om te gaan met risico’s én kansen in complexe situaties. Eerder schreef hij onder andere Risicogestuurd werken (2015), Risicoleiderschap (2018) en Iedereen Risicoleider (2020).