Zijn de Peerby's, Snappcars en AirBnB's sociaal betrokken bedrijven die een betere wereld willen of zijn het geldmachines die nou eenmaal snappen hoe digitale platformen werken? En zijn het hypes, zoals lange tijd gedacht? Vóór mei 2012 zocht nog niemand in Google op de term deeleconomie. Daarna kenden we enkele pieken en dalen en momenteel is de term in Google gestabiliseerd. Evenals het geval is bij de circulaire economie is de deeleconomie de hype voorbij en een fundamenteel onderdeel van onze economie geworden.
Wat is de deeleconomie?
De deeleconomie bestaat uit economische systemen van decentrale netwerken en marktplaatsen die de waarde van onderbenutte goederen en diensten ontsluiten door vraag en aanbod direct bij elkaar te brengen. Hierdoor raken traditionele institutionele tussenpersonen overbodig. Denk bijvoorbeeld aan het onderling lenen en huren van goederen via Peerby, zonder tussenkomst van een bouwmarkt; of het huren van accommodatie via Airbnb zonder tussenkomst van een hotel. Of aan het afnemen van een rit via Uber, zonder tussenkomst van een taxicentrale (bron definitie: ShareNL).
Twee aspecten van de definitie pik ik eruit:
1. Decentrale netwerken. Een duidelijk ontwikkeling - en daarmee disruptie voor veel sectoren - is die decentralisatie, ook wel 'kanteling' genoemd. In de nieuwe netwerkeconomie zijn we minder afhankelijk van tussenbedrijven in de keten. Burgers, bedrijven en overheden kunnen onderling met elkaar waarde uitwisselen. Inderdaad, alles wat tussenpersoon of -bedrijf is kan in theorie overbodig worden.
2. Onderbenutte goederen en diensten. Als je er goed over nadenkt is het van de gekke. Een auto wordt het overgrote deel van de dag niet gebruikt. Een skibox maar twee keer per jaar en gebouwen en bedrijventerreinen zijn onderbezet. Allemaal capaciteit die makkelijk door anderen gebruikt zou kunnen worden. Voor wat betreft de auto die stilstaat zijn er creatieve dingen te bedenken. Vlieg je weleens, dan weet je dat parkeren op Schiphol aardig in de papieren kan lopen. ParkFlyRent bedacht daar iets op. Zij verhuren je auto aan inkomende reizigers op een luchthaven. Van kostenpost naar inkomstenbron. Kwestie van omdenken.
Waar het in feite om gaat zijn drie aspecten van 21st Century Thinking:
1. De verschuiving van bezit naar toegang, van eigendom naar gebruik. Het harde begrip ‘bezit' wordt ingeruild voor het flexibele idee van toegang. Vertrouwen en wederkerigheid spelen binnen de deeleconomie de centrale rol en omdat de deeleconomie uitgaat van overvloed, in plaats van schaarste, is het economisch revolutionair te noemen. Alles wat (tijdelijk) overvloedig is, komt in aanmerking voor delen. Voor autodeelsites is dat het principe dat een auto gemiddeld 23 uur per dag stil staat. Daar komt nog een andere mindshift bij en die is dat het bezitten van spullen niet meer zo spannend is. De afgelopen decennia zijn we overspoeld met gadgets, gemaksproducten, luxe-artikelen. Het besef dat er meer is dan alleen materieel 'hebben' is groeiende. Het lijkt ook en vooral te gaan over wie je bent. Ik verwonder me regelmatig over basisschoolkinderen in interviews van bijvoorbeeld het (jeugd)journaal. Zij zeggen dingen over eigenheid, authenticiteit en keuzes die niet alleen goed voor hen, maar ook voor de rest van de wereld zijn. Ik dacht daar vroeger echt niet over na, laat staan dat ik het zo mooi kon verwoorden. Trendwatcher Bakas spreekt in Trends 2016 over 'karmakapitalisme', een bewustzijn waarin we meer en meer oog hebben voor de sociale en ecologische omgeving.
2. Waarde heeft meerdere uitdrukkingsvormen. Geld is in de nieuwe economie niet meer allesbepalend. Zonder geld kunnen we evengoed zaken onderling uitwisselen. Geven, lenen, ruilen en delen komen op naast de traditionele economische handelsvormen als koop en huur (en verdringen ze zelfs; disruptie). Enkele jaren geleden liet ik mijn huis schilderen in ruil voor het uitwerken van een marketingconcept. Betreffende schilder ging erin mee en staat nu locaal bekend als dé huisschilder die je moet hebben. Daar zit voor hem veel meer waarde in dan een eenmalige factuur van duizend euro.
3. Community Thinking. In opkomst: de community's van gelijkgestemden die elkaar vinden op basis van gelijkwaardigheid en gedeelde waardes en snappen hoe je met (kennis)delen elkaar verder helpt zonder elkaar al te veel te vermoeien met de what's-in-it-for-me-vraag en hoe-leggen-we-dat-contractueel-vast. Dat is prima in later stadium, maar de openheid en vertrouwen naar elkaar zorgt ervoor dat community's (en ook coöperaties) - naar verwachting de nieuwe organisatievormen - ecosystemen zijn waar mensen elkaar helpen, tot nieuwe inzichten en creatieve ideeën komen en waarde uitwisselen.
Veelal ontstaan deelinitiatieven in de consumentenmarkt en breiden zich later uit naar de zakelijke markt. Autodeelsite WeGo Zakelijk laat bedrijven efficiënter, goedkoper en duurzamer met hun wagenpark omgaan. AirBnB richt zich sinds juli 2014 op de business-to-business en Floow2 is de deelmarktplaats waar bedrijven online materieel, diensten en zelfs personeel kunnen uitwisselen.
Kritiek op de deeleconomie
Rachel Botsman, sharing innovator en verbonden aan Oxford University, gaf in 2010 het pleidooi voor 'samenwerkende consumptie'. Het zou de manier zijn waarop de wereld zou veranderen en businessmodellen zouden transformeren. Met de opkomst van vooral Uber en AirBnB bleek echter dat beide bedrijven helemaal niet zo sociaal waren. Dat ze een deelplatform hadden opgezet, puur en alleen om geld te verdienen. De jongens van AirBnB spraken het zelfs letterlijk uit: 'We waren op zoek naar de next big thing'. Het is hen gelukt. Helemaal niks mis mee, maar het is wel verwarrend als je in de veronderstelling bent dat er aan de deeleconomie een sociale, wereldverbeterende gedachte zit (zoals dat bij andere initiatieven waaronder Thuisafgehaald.nl van Marieke Hart (mooie naam in deze context) wel het geval is.
Rachel Botsman kwam in de uitzending van VPRO's Tegenlicht in 2014 in beeld met de uitspraak dat zij zelf in 2010 naïef zou zijn geweest. Uber was op dat moment regelmatig in opspraak vanwege het uitmelken van chauffeurs. Tegenlichts eindredacteur Frank Wiering benoemde het prachtig:
'Uber gaat uit van connectiviteit, niet van collectiviteit.'
Connectiviteit is technologisch te regelen. Het logaritme in het deelplatform knoopt vraag en aanbod aan elkaar en verzamelt bovendien waardevolle data waar potentieel weer veel geld mee te verdienen is. Logaritme en data liggen aan de basis van het verdienmodel van Uber. Rachel Botsman, toch wel bekend als de autoriteit op het gebied van collaboration & sharing, zei in 2010 iets heel anders: 'The currency of the new economy is trust'.
En toch denk ik dat ze niet op het verkeerde spoor zat. Ik denk dat beide gelden. Data zijn de nieuwe productiefactor geworden, noem dat gerust de currency van de nieuwe economie. Als straks de crypto-currency's het oude geldsysteem vervangen hebben, dan gaat die vlieger helemaal op. Maar hoe je 't ook wendt of keert, vertrouwen zal een belangrijke basis blijven voor samenwerken en ondernemen binnen de nieuwe netwerkeconomie. Juist in business-to-business zijn relaties en onderling vertrouwen key.
Uitgelicht: Seats2meet en Floow2, deelplatform voor B2B
Floow2: 'Delen is hét ingrediënt voor een succesvolle business community'. Sinds een paar jaar timmert het Nederlandse Floow2.com aan de weg om delen en nieuwe vormen van waarde-uitwisseling ook in zakelijke markten te stimuleren. Daarvoor hebben ze een online platform neergelegd en is er gekozen voor het versterken van de community-gedachte. Aan de hand van het deelplatform kunnen organisaties (bijvoorbeeld binnen bedrijventerreinen, bedrijfsverzamelgebouwen, ondernemersverenigingen, sport- en businessclubs, etc) gebruik maken van verschillende tools die interactie op gang brengen. Dat resulteert in meer verbinding, efficiënter netwerken, samenwerking en onderling zakendoen.
Seats2meet: Een mooi voorbeeld van een goed werkende community. Ooit begonnen als flexibel model voor vergaderruimte, kun je het nu gerust zien als ‘s werelds grootste kennisnetwerk. De werkplekken (work spaces in de lounge) zijn gratis, de afgesloten ruimtes (meeting spaces) dienen betaald te worden. Het idee achter het concept is dat je betaalt met ‘sociaal kapitaal' (inderdaad, waarde heeft meerdere uitdrukkingsvormen). Bij binnenkomst log je in op de site van Seats2meet, waar je eerder via je persoonlijke profiel je expertise hebt opgegeven. Iemand in de flexwerklounge of meeting spaces die bepaalde kennis nodig heeft, kan die expertise vinden via het online dashboard. Zo komen verbindingen tot stand. Een betaling voor hulp in geld vindt niet plaats, het is een ruilhandel in expertise, gebaseerd op wederkerigheid. Binnen de Seats2meet-community's worden met enige regelmaat onderling kleine projectjes opgepakt en zien nieuwe initiatieven het levenslicht.
Nog nooit bij Seats2meet geweest? In dit filmpje laat ik je de locatie op Strijp-S in Eindhoven zien (voormalige Apparatenfabriek van Philips).
Leestip: binnenkort verschijnt het boek Share - Waarom de deeleconomie de toekomst heeft (Pieter van de Glind en Harmen van Sprang)
Over Robert Buisman
Robert Buisman is strateeg in B2B Marketing & Sales en Co-owner van Studio Interactive, Creatief Bureau voor Interactieve Videoconcepten. Daarnaast is hij Kwartiermaker bij de Dutch Innovation School, recensent voor Managementboek.nl en opinieblogger voor Marketingtribune.