Als geboren Drent en met een geschiedenisleraar als vader, had ik al van jongs af aan een fascinatie voor hunebedden. En ik was, om meerdere redenen, toe aan een uitdaging.
Zestien jaar na dato besloot ik het verhaal op te schrijven, omdat ik nu pas inzie hoe het uitvoeren van dit waanzinnige plan mij heeft gevormd en hoe het aan de basis stond van de inzichten die ik vandaag de dag deel op het podium en in mijn publicaties.
Hoe bouw je een hunebed? is een waarheidsgetrouw en chronologisch verslag van een onmogelijk project. Maar het is ook te lezen als de ‘prequel’ van de boeken Easycratie en Nooit Af. Het letterlijke hunebed uit de titel is tegelijkertijd een metafoor. Veel van mijn huidige thema’s komen aan de orde: netwerken en zwermkracht, de verlammende uitwerking van bureaucratie, het slim gebruikmaken van technologie en vooral: het liefdevol en creatief omgaan met tegenslag en tegenwerking.
Hoe bouw je een hunebed? is mijn persoonlijkste boek tot nu toe. Ik ga spreekwoordelijk met mijn billen bloot. Zoals ik in het voorwoord schrijf: ‘Het is bepaald geen heldenverhaal.’ Maar desondanks, of wellicht juist daardoor, bevat het waardevolle lessen (zowel over hoe het moet als over hoe het niet moet) en denk ik dat het een inspiratie kan zijn voor mensen die iets op poten willen zetten, maar (nog) niet durven te beginnen, of bang zijn dat ze zich gaandeweg uit het veld zullen laten slaan.
Martijn Aslander is professioneel lifehacker en verbinder van mensen, informatie en ideeën. In zijn publicaties en als spreker op congressen en bijeenkomsten laat hij de mogelijkheden zien van de hedendaagse netwerksamenleving. Hij schreef verschillende boeken, waaronder de bestseller Nooit Af en Easycratie. Hoe bouw je een hunebed? is zijn nieuwe boek.
Over Martijn Aslander
Martijn Aslander verbindt mensen, informatie en ideeën. Het benutten van de collectieve intelligentie van het netwerk is zijn specialiteit. Hij is een van de oprochters van Lifehacking.nl. Aslander is een veelgevraagd spreker op congressen en bijeenkomsten.
