Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Interview

Drie trendwatchers over 2016: Een jaar van hoop, moraal en oprukkende robots

Wat mogen we verwachten van 2016? Het wordt een jaar van hoop, van vrolijkheid en creativiteit. En als het een beetje meezit, staan we aan de vooravond van zeven vette jaren. Drie trendwatchers over oprukkende robots, karmakapitalisme en spectaculaire technologie: ‘Met een simpel blaaspijpje kun je binnenkort vroegtijdig checken of je kanker hebt.’

Paul Groothengel | 6 januari 2016 | 9-13 minuten leestijd

De aanzwellende vluchtelingenstroom en de terreur vanuit IS bepaalden in 2015 het nieuws. Het jaar 2015 was ook het jaar van de graaiers versus de gulle gevers. Van de Maserati-man versus Mark Zuckerberg die 99% van zijn Facebook-aandelen wegschenkt. Als je de voorspellingen van een aantal trendwatchers bekijkt, zie je de parallel met technische beleggingsanalisten: je trekt de lijnen uit het verleden door naar de toekomst. Extrapoleren, in de weerspiegeling van de glazen bol. En dat heeft zijn weerslag op de trends voor 2016.

Terreurdreiging of niet, bij ieder van de drie trendwatchers die we spraken, slaat de balans tussen angst en hoop duidelijk door naar het laatste. Trendwatcher Adjiedj Bakas wijst erop dat volgens de Chinezen 2016 het Jaar van de Aap wordt. Dat betekent een jaar vol vrolijkheid en creativiteit, een jaar dat bruist en overloopt van energie. Apen spelen en onderzoeken van nature, en komen zo tot veel kennis en kunde; in die zin kunnen we nog veel van ze leren, stelt Bakas.

Economie hikkend weer op gang

Die verwachte vrolijkheid zien we terug in de voorspellingen van het trendwatchersduo Lieke en Richard Lamb. Zij voorspellen in hun ‘TrendsVerwachting 2016’ dat we na de zeven magere jaren, die in 2008 begonnen met de implosie van Lehman Brothers, in 2016 kunnen beginnen aan zeven vette(re) jaren. Kreeg Jozef in zijn voorspellende droom het beeld van zeven vette koeien door, Richard Lamb noemt desgevraagd het ‘PolderPositivisme’ als symbool voor de economische verbetering: ‘Geheel in de Nederlandse traditie van het poldermodel kiezen we in 2016 niet voor een blind enthousiaste, egoïstische aanpak maar voor Samenredzaamheid.’

Hij ziet de economie de komende jaren met horten en stoten weer op gang komen, volgens het patroon van een ‘zaagtandmodel’. Lamb: ‘Hierbij ontstaan hickups omdat in zo’n herstelperiode variabelen als rente, inflatie, grondstofprijzen en beurskoersen doorstijgen tot de luchtbel knapt. Om, na een tijdelijke daling, weer zo snel mogelijk door te stijgen. Het is een spannende macro-economische wisselwerking die ons de komende jaren te wachten staat. Door fiscale prikkels zullen weer meer mensen aan het arbeidsproces meedoen. Daardoor zal het aantal werklozen in 2016 afnemen en de Nederlandse economie groeien met, zoals het CPB berekende, ruim twee procent.

Go shopping!

Trendonderzoeker van Trendslator Hilde Roothart zet ook in op ‘hoop’ en geeft aan dat de focus verschuift van materiële waarde naar menselijke waardigheid. Zij ziet ‘de moraal’ als het belangrijkste thema voor 2016: ‘Wat vinden mensen belangrijk genoeg om voor te leven en soms zelfs om voor te sterven? Ik zie voor burgers, bestuurders en bedrijven een taak weggelegd om invulling te geven aan die menselijke waardigheid.’ In het trendboek MOOD16 van Trendslator schrijft ze: wie de economie verheft tot de maat van alle dingen, ontkent de waarde van menselijke relaties die gebaseerd zijn op samenwerking en onderling vertrouwen. Studenten en wetenschappers, dokters en patiënten, ze komen massaal in opstand tegen het rendementsdenken waarbij wel wordt gekeken naar de kosten op de korte termijn, maar nooit naar de opbrengsten op de lange termijn. Roothart herinnert zich een citaat van een Griekse vrouw afgelopen zomer: ‘Zij zei dat je, door alles door een economische bril te bekijken en af te meten aan economische waarden, mensen verkleint tot louter consumenten. En dan krijg je adviezen à la George Bush, die bij iedere economische tegenwind altijd Go shopping! riep.’ Roothart ziet in de deeleconomie steeds meer initiatieven die geen enkele economische waarde hebben, maar wel bijdragen aan het welzijn van burgers: ‘Neem mensen die voor elkaar gaan koken. Dat staat nergens op een balans, de overheid kan er geen BTW over heffen, maar mensen worden er wel blij van. Samen koken en eten draagt bij aan sociale cohesie, dat levert maatschappelijke waarde op.’

Van graaien naar geven

We zijn hard toe aan een vernieuwing en herbronning van het traditionele kapitalisme, meent Bakas: ‘Grote graaiers hebben de afgelopen decennia ons economisch systeem gekaapt en zo ingericht dat alleen de rijken er rijker van worden, en de machtigen machtiger. Ze hebben het systeem gemaakt tot een machine die de winsten hun kant op stuurt, vooral ten koste van middenklasse en milieu.’ En kijk, dan ontstaat er een interessante tegenbeweging: Bill Gates die zijn miljarden wegschenkt, gevolgd door andere miljardairs als George Soros, Warren Buffett en, onlangs nog, Mark Zuckerberg. Bakas gaat ervan uit dat in 2016 steeds meer van dergelijke initiatieven ‘vanuit de elite’ het licht zien. Bedoeld om de huidige nadruk op kortetermijnwinsten om te buigen naar verantwoorde langetermijninvesteringen waar de hele samenleving iets aan heeft. Met als mooie bijvangst dat dat goed is voor het karma van de gulle gever. In de terminologie van Bakas: graaikapitalisme wordt de komende jaren omgebogen naar karmakapitalisme. Roothart benoemde dat een paar jaar eerder al als de overgang van een graaicultuur naar een geefmaatschappij. Daarin is minder waardering voor de ultrarijken; niet voor niets kreeg Thomas Piketty onverwacht veel aandacht met zijn pleidooi voor een hogere vermogensbelasting voor de superrijken.

Eigen bevolking eerst

Dat de rijken zich het lot van de minder bedeelde medemens aantrekken, is op zich niet nieuw, benadrukt Bakas terecht: ‘In de 19e eeuw zorgde de Amsterdamse huisarts Sarphati ervoor dat het Paleis voor Volksvlijt en het Amstel Hotel konden worden gebouwd. Hij bekommerde zich om de armoede van de Amsterdamse bevolking en wilde zo voor banen zorgen.’ Zoals Anton Philips dat later deed met de bouw van het Philipsdorp in Eindhoven.

In die trend richting karmakapitalisme past ook de toenemende maatschappelijke druk op de Nederlandse overheid om iets te doen aan de kolossale ‘belastingontwijking’ van multinationals als Apple en Starbucks. Sowieso mogen de grenzen van steeds meer Nederlanders wel dicht, niet alleen voor miljardenbedrijven die hun winsten via Nederlandse brievenbusfirma’s belastingvrij willen wegsluizen, zegt Bakas: ‘Vanwege de vluchtelingenstroom worden mensen weer nationalistischer, en zullen overheden hun eigen industrie meer gaan beschermen.’ En dan is de bekende reflex: meer klassiek protectionisme. Nederlands belastinggeld hield Nederlandse systeembanken overeind, Duitsland steunt het sjoemelende Volkswagen-concern, en in Frankrijk weten ze al sinds mensenheugenis raad met het motto ‘eigen industrie eerst’.

Techno-optimisme

Technologie is een fenomeen dat trendwatchers jaar op jaar tot weidse, hoopvolle bespiegelingen voert. Bakas noemt zichzelf een ‘techno-optimist: ‘Overal zijn slimme Willy Wortels aan de slag om nieuwe technologie te ontwikkelen die ons als mensheid vooruit helpt, bijvoorbeeld duurzame vormen van energieopwekking en -opslag of nieuwe materialen. Neem bijvoorbeeld schuimplastic, dat slecht afbreekbaar is. Alternatieven worden gemaakt door organisch materiaal, bijvoorbeeld gemaakt van hout- en plantafval, samen te laten binden door schimmels, die er stevigheid aan geven. Over niet al te lange tijd is een autodashboard gemaakt van biochemische materialen, die in no time weer afbreken in de natuur. Ook in de medische sector wordt de ene na de andere nieuwe technologie geïntroduceerd. Zoals het apparaat dat op basis van een ademanalyse ‒ vergelijkbaar met het blaaspijpje voor een alcoholtest ‒ kan bepalen of je een beginnend stadium van onder meer kanker hebt. Deze Israëlische vinding kan ziektes aantonen die door scans en andere dure apparaten nog niet te detecteren zijn.’ Merkfabrikanten kunnen zich laten verblinden door de blingbling van revolutionair nieuwe producten, maar moeten daarbij hun eigen geloofwaardigheid niet uit het oog verliezen. Een vegetarische quinoaburger snacken bij McDonald’s? Roothart vindt het niet erg geloofwaardig: De consument kan zich in toenemende mate bedrogen voelen over de informatie die fabrikanten verstrekken over hun producten en productiemethoden.’ Jan Dijkgraaf en Ronald Voorn beschreven dit fenomeen dit jaar in hun boek Voodoo marketing, dat ging over discutabele strategieën die bedrijven inzetten om consumenten te verleiden en hun gedrag te beïnvloeden. Roothart: ‘Vertrouwen is het sleutelwoord, en dat is precies wat merken als Nivea en Zonnatura al heel lang bieden. Het rood met gele en

het blauwe beeldmerk, beide afgestoft voor de toekomst, stellen nooit teleur.’

Robotisering

Hét buzzword onder trendwatchers voor 2016 is zonder twijfel het fenomeen robotisering. In 2016 wordt voor velen de ‘Robot Revolutie’ zichtbaar, voorspelt Lamb. ‘Robots doen in allerlei verschijningsvormen hun intrede in ons leven. Denk aan zelfrijdende auto’s die op het Nederlandse wegennet hun debuut maken. Het Centraal Bureau Rijvaardigheid anticipeert hier alvast voorzichtig op door vanaf 2016 toe te staan om tijdens het rijexamen technische snufjes in auto’s te mogen gebruiken, zoals de Adaptive Cruise Control, parkeersensoren en dodehoekverklikkers.’ Robots zien we straks vooral terug in operatiekamers, bij senioren thuis of in het verzorgingshuis, in de beveiliging en bij 3D-printen.
Aan robotisering kleven ook nadelen. Zo zorgen robots en i-devices voor het wegvallen van de noodzaak om met andere mensen om te gaan. En daarmee tot het ontwikkelen van sociale vaardigheden en invoelend vermogen. ‘We hoeven niet meer met echte mensen om ons heen tot overeenstemming te komen, en dat kan zorgen voor een sociale kloof tussen mensen’, aldus Bakas. Algoritmen gaan ons leven bepalen, zegt de trendwatcher: ‘In zijn boek The Black Box Society beschrijft Frank Pasquale hoe angstaanjagend dat is.’ De gedigitaliseerde samenleving wordt een black box waar we als mens steeds minder grip op hebben.

Vakmanschap

De trendwatchers zijn het er roerend over eens: er verdwijnen de komende jaren veel banen door verdergaande automatisering en robotisering. Die trend is al jaren geleden ingezet, denk aan de massale ontslagrondes bij banken. ‘De taxichauffeurs die vechten tegen Uber, voeren een achterhoedegevecht. Uiteindelijk zal taxivervoer, vooral binnen steden, met zelfrijdende auto’s worden geregeld. Maar software en robots kunnen niet álles overnemen, denk aan invoelend vermogen, creativiteit en originaliteit’, zegt Bakas.

Lamb ziet het anders: ‘Robots en computersystemen met kunstmatige intelligentie zullen op de lange duur wel degelijk alles overnemen, ook creativiteit.’

Ouderwets vakmanschap waarbij creativiteit een rol speelt, behoudt in de visie van Bakas zijn waarde: ‘Wat betekent dat we behoefte blijven houden aan ambachtslieden van topniveau. Neem de meubelbouwer Schuitema: die maakte tot voor kort vanuit Stadskanaal retro art deco-meubels voor huizen en cruiseschepen. Prachtig afgewerkt. Of kijk naar Firouze Akhbari: zij baseert haar luxe lingeriemerk Pretty Wild op oude kantklostechnieken uit Nederland. En zij kiest ervoor om in Nederland te produceren. Zelfs Lady Gaga loopt nu in haar lingerie.’ Voor goede vaklieden is er altijd werk.

Flexibiliteit cruciaal

Vakman of niet, van de werkende Nederlander wordt ook in 2016 weer de

nodige flexibiliteit verwacht. Lamb voorziet dat de werkende beroepsbevolking zich extreem wendbaar en flexibel moet opstellen, ‘ook vanwege de noodzaak van het geven van mantelzorg, waarbij veel onderlinge verdraagzaamheid nodig is. Naarmate de overheid zich verder terugtrekt, mensen ouder worden en langer thuis blijven wonen, zullen steeds meer werkenden ook mantelzorger zijn. Ook overdag, even tussen het werk door. Dat vergt veel flexibiliteit van zowel werkgever als werknemer.’

En de manager? Moet die, zoals de managementmode nu voorschrijft, vooral dienen en zelfsturing vanaf de werkvloer aanjagen? Mwah, nuanceert Bakas: ‘Veel hippe, succesvolle startups worden juist heel autoritair geleid. En waarom wordt dictator Steve Jobs zo bewierookt? Ook bepaald geen voorbeeld van zelfsturing vanaf de werkvloer.’

Flexibiliteit is ook nodig voor bestuurders van grote concerns, omdat kleinschalige initiatieven belangrijker worden. Neem energie. Steeds meer consumenten wekken zelf decentraal hun energie op. Shell moet rekening houden met een veranderende energievraag in combinatie met veranderende maatschappelijke eisen. Roothart: ‘Waarom stopte Shell met boren naar olie en gas op de Noordpool? Volgens The Guardian omdat Shelldirecteur Ben van Beurden vreesde dat zijn bedrijf alle geloofwaardigheid in het klimaatdebat zou verliezen als het de boringen zou doorzetten. Consumenten willen geen bedrijven met vuile handen maar merken die een positieve bijdrage leveren aan ons leven en onze leefomgeving.’ Wie niet graait maar geeft, staat in 2016 niet voor Aap.

Over Paul Groothengel

Paul Groothengel is freelance journalist.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden