Wat is risico?
Het is een beladen begrip met veel definities. In de Nederlandse taal zie je vaak dat een viertal aspecten een risico worden genoemd. De gebeurtenis zelf, zoals het optreden van een aardbeving in Groningen. De kans op een risico, bijvoorbeeld de kans op slecht weer. De oorzaak van een risico, want als we het bijvoorbeeld hebben over de renterisico’s voor je hypotheek, dan bedoelen we eigenlijk dat wanneer de hypotheekrente stijgt dat een effect heeft op onze hypotheek. En ook de gevolgen van risico’s, zoals bij veiligheidsrisico’s. Het is vaak heel verwarrend als je langer nadenkt over wat mensen met risico bedoelen. Een mooie definitie van risico komt van de ISO: het effect van onzekerheid op een doel. Die geeft aan dat je een doel nodig hebt, of dat nu een organisatiedoel is of een persoonlijk doel. Dus: wat wil je? Vervolgens is de vraag: wat is er nu onzeker op weg naar je doel? De definitie is bovendien neutraal is. Een onzekerheid kan negatieve gevolgen hebben voor je doel, maar ook positieve. Die kansen en business opportunities die ontstaan vanuit onzekerheid vergeten we nog wel eens.
Wat is er mis met de vertrouwde formule ‘risico = kans x gevolg’?
Ik kan begrijpen dat het veel wordt gebruikt, want het rekent makkelijk. Het punt is dat een heel kleine kans en een heel groot gevolg tot hetzelfde resultaat leidt als een heel grote kans en een heel klein gevolg. Je kan dan op hetzelfde risico komen, maar er zit een heel ander verhaal achter. Met een griepje ga je ook anders om dan met een ernstige ziekte. Een ander punt is dat de formule de indruk wekt dat je een risico in een getal kan uitdrukken. Maar heel veel risico’s in de VUCA-wereld, de onvoorspelbare, dynamische wereld, zijn soms nog nauwelijks opgetreden. Hoe kan je daar nou redelijkerwijs een kans van berekenen? Laat staan als je niet alleen kijkt naar de gevolgen in geld, maar ook in reputatie, veiligheid of welzijn. De formule kan behulpzaam zijn om een orde van grootte te krijgen, maar ga er zorgvuldig mee om.
U schrijft: risico is subjectief, niet objectief.
Dat is een lastige constatering voor velen. Ik krijg vanuit de praktijk vaak de vraag naar een objectieve risicoanalyse. Voor strategische of cyberrisico’s is dat erg lastig. Uiteindelijk gaat het erom dat je een keuze maakt, gegeven de onzekerheid die je ziet op weg naar je doelen. Of je het de moeite waard vindt om dat risico te beheersen of te beperken. Of dat je het risico accepteert. Die keuze is afhankelijk van de omstandigheden, de psyche en het karakter van de mens. Het kan heel goed dat iemand in de ene situatie een risico accepteert en in de andere juist niet. Een simpel voorbeeld is als je in de zomer, wanneer je je helemaal fit voelt, op de fiets naar de vergadering van de tennisclub gaat. Dan neem je het risico op een onweersbui. Als het november is en je hebt al een rauwe keel, dan kijk je heel anders aan tegen het risico op die regenbui en pak je toch de auto.
Waarom verklaart u de risicomanager figuurlijk dood?
De conventionele risicomanager, dus de man of vrouw met de ‘kans-maal-gevolg’-benadering en lange risicolijsten, doet vaak zijn of haar uiterste best om risico’s objectief te maken en te beheersen. Ik merk in organisaties dat dat niet goed werkt. Ze worden eerder als lastig ervaren dan dat ze de organisatie helpen. Dat is gek, want je zou toch zeggen dat een organisatie zich geholpen voelt als iemand ze helpt omgaan met onzekerheden. Dit is de reden geweest om risicomanagement te bestuderen en te kijken hoe dat anders zou kunnen.
Wat is een risicoleider?
De risicoleider wordt beschreven door de ondertitel van het boek: iemand die doelgericht omgaat met onzekerheden. Doelgericht betekent dat de risicoleider weet wat hij of zij wil, dat kan iets kleins zijn zoals het halen van een deadline of iets groots zoals de koers van een multinational of een land. Doelgerichtheid geeft focus en zorgt ervoor dat je kunt prioriteren. Omgaan met risico’s is wat anders dan louter het beheersen of vermijden van risico’s. Het ene risico wil je vermijden, het andere accepteren en soms lok je risico’s uit om een doel te bereiken. Een prachtig voorbeeld vind ik de laatste etappe van de Volvo Ocean race, waarin de winnende boot een totaal andere koers koos. Een aspect is dat je onzekerheden durft te kiezen. Daar hoort bij dat je de realiteit durft te zien. We zijn geneigd om de realiteit soms te negeren of een beetje mooier te maken. De koers uitzetten en op je doel afgaan ondanks de onzekerheden die je tegenkomt, dat vind ik Risicoleiderschap tonen.
Een risicoleider moet stevig in zijn of haar schoenen staan.
Als we het hebben over risico’s, gevaar en pijn, dan zijn we geneigd om prikkels die de aandacht grijpen voorrang te geven. Ik denk dat het juist de kunst is als risicoleider om je daarvan bewust te zijn. Krachtig risicoleiderschap vind ik bestuurders die in dat soort situaties, ondanks dat er hysterie heerst, het hoofd koel houden en kunnen uitleggen waarom bepaalde maatregelen, ondanks dat ze heel goed te verklaren zijn, uiteindelijk niet effectief zijn voor wat je als organisatie of maatschappij wil. Dat vergt moed. Een groot voorbeeld is hoe Angela Merkel met de vluchtelingencrisis in Europa probeert om haar waarden overeind te houden, terwijl ze ook pragmatisch en praktisch doet wat er gedaan moet worden.
Wie zijn er in een organisatie risicoleider?
Het laatste dat ik wilde doen is nog eens een vorm van leiderschap beschrijven. Ik probeer op het aspect van onzekerheid iets toe te voegen aan het gebied van leiderschap. Een soort basisbagage die iedereen met zich meedraagt én benut. Er hoeven dan ook geen aparte risicosessies met risicorapportages te worden gehouden, want het expliciet omgaan met onzekerheden wordt geïntegreerd in wat er toch al wordt gedaan. In de ideale situatie is iedereen risicoleider.