Aysel Erbudak is op haar kamer, ze draait de sleutel in het slot van de brandkast. Zou 10.000 euro voldoende zijn? Ze pakt een bundel bankbiljetten uit een envelop van de kluis, de kluis van kamer 2c in het ziekenhuis waar zij een sleutel van heeft. Dat is niet alleen de kamer waar de bestuursvoorzitter kantoor houdt, maar ook een van de vertrekken in het Slotervaart met een kluis. De tien mille is ditmaal voor haar collega in de raad van bestuur, een arts met wie ze een amoureuze relatie heeft. Hij heeft geld nodig.
Zo begint het boek dat wij schreven over het Amsterdamse Slotervaartziekenhuis. Een boek over een ziekenhuis, wie verzint dat nu? Wij, Bas Soetenhorst van Het Parool en Jeroen Wester van NRC Handelsblad, hadden dat tot voor kort ook niet voor mogelijk gehouden.
Maar het Amsterdamse ziekenhuis is in velerlei opzichten een fascinerende instelling met een bijzondere geschiedenis. Een ziekenhuis vol verhalen. Medisch is het oké, maar het kent een lange geschiedenis van bestuurlijke, organisatorische en financiële wantoestanden. Al in de jaren tachtig van de vorige eeuw is het ziekenhuis landelijk nieuws door ruziënde directeuren en hoge vertrekpremies. Ook wordt het Slotervaart regelmatig met sluiting bedreigd.
In 1975, toen wij nog jongetjes waren, werd het geopend, als een socialistisch gemeentelijk experiment. Een kliniek speciaal voor de zwakkeren van de samenleving. Waar iedereen gelijk is.
Een progressief ziekenhuis ook, dat voorop loopt met abortus, met de behandeling van drugsverslaafden en de hulp aan hiv-patiënten. Dat bewust alle medisch specialisten in loondienst laat werken, in plaats van ze via maatschappen in te huren.
Het Slotervaart ontwikkelt zich tot het afvalputje van Amsterdam, en daar zijn ze trots op. Een ziekenhuis voor het volk. Welke Amsterdammer is er niet geweest? Een ziekenhuis van de grote bek ook. Vrijstaat Slotervaart. Met eigenwijze artsen en heel veel inspraak, plenaire vergaderingen en paleisrevoluties. Arbeiderszelfbestuur.
Het is in 2006 het eerste ziekenhuis van Nederland dat met een advertentie in een landelijk dagblad te koop wordt gezet. Het eerste ziekenhuis dat een bv wordt en ook het eerste ziekenhuis waar een keiharde machtsstrijd tussen aandeelhouders uitbreekt. Doel: de controle verwerven. Inzet: een ziekenhuis in Amsterdam-West.
De bron van dit conflict ligt bij de Beverwijkse grondspeculant Jan Schram, die het ziekenhuis in 2006 koopt en redt. Zijn vaste zakenpartner Aysel Erbudak wordt bestuursvoorzitter. Het duo runt het ziekenhuis zoals hun andere ondernemingen: korte lijnen, weinig op papier. Zakelijk en privé lopen dwars door elkaar heen. Erbudak leeft op de creditcard van het ziekenhuis. Artsen klussen bij in ondoorzichtige vennootschappen. Ziekenhuisapotheker Jos Beijnen geeft ook leiding aan een heimelijke bv die miljoenenwinsten boekt met de productie en verkoop van heroïne. In een door de staat gegund landelijk monopolie in het kader van een hulpverleningsproject voor drugsverslaafden.
De trends in de samenleving vinden steevast in overtreffende trap plaats in het Slotervaart. In het tijdsgewricht van verzakelijking en meer marktwerking heeft het Slotervaart aan het eind van het eerste decennium een streepje voor bij de beleidsmakers, als eerste commerciële ziekenhuis van Nederland. De artsen in loondienst beginnen ondertussen tot de grootverdieners van Nederland te horen. Het bijzondere maatschappelijke experiment dat het Slotervaart is, wordt meer en meer voortgestuwd door onversneden kapitalisme.
Wij vroegen ons af hoe dit allemaal mogelijk is bij een instelling die jaarlijks meer dan 130 miljoen euro gemeenschapsgeld krijgt. Wie hield er toezicht, wat deden de commissarissen, wat deed de accountant? We struikelen bijna over de toezichthouders in de zorgsector, maar waar waren zij toen de vrije-jongens-mentaliteit bij het Slotervaartziekenhuis zijn intrede deed?
Jeroen Wester is journalist van NRC Handelsblad. Hij schreef De kraak van het Slotervaartziekenhuis en verschillende andere boeken.