Als organisatieadviseur word je steeds in een nieuwe omgeving losgelaten, leer je per jaar hordes nieuwe mensen kennen en werk je bovendien vaak aan samenwerkingsvraagstukken, waar verschillende culturen, belangen en opvattingen spelen. Een goed inlevingsvermogen is dan een vereiste. Zou je dit inlevingsvermogen kunnen trainen en doorontwikkelen? Roman Krznaric beweert in zijn boek ‘Empathie’ van wel.
Volgens Krznaric valt ‘empathische onenigheid’ te overbruggen. Empathische onenigheid ontstaat als je je empathisch probeert op te stellen naar iemand met wie je het fundamenteel oneens bent. De wil om de ander te begrijpen is er wel, maar de luisteraar wordt afgeleid door het verschil van mening. Iets wat in de wereld van samenwerkings- en veranderkunde vaak voorkomt.
Krznaric moedigt de lezer aan om de ander te doorgronden en te begrijpen, zonder dat je het met zijn of haar mening eens hoeft te zijn. Hij maakt hiervoor de stap van introspectie, oftewel ‘ken uzelf’, naar outrospectie: ‘ken de ander’. Ook pleit Krznaric ervoor om niet de gulden regel ‘wat gij niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet’ toe te passen, maar de platina regel: ‘probeer datgene te doen, waar de ander behoefte aan heeft’.
Hij doet dit aan de hand van zes stappen. De eerste stap is om bewust te zijn van het idee dat je je eigen inlevingsvermogen verder kan ontwikkelen. Daarna kan je met gedachteoefeningen proberen om vrienden, vreemden en zogenoemde ‘vijanden’ beter te begrijpen.
De derde stap is om je referentiekader te verbreden door daadwerkelijk in actie te komen, door bijvoorbeeld als humanist een kerk of moskee te bezoeken. Daarnaast draagt Krznaric concrete handvatten aan hoe een empathisch gesprek te voeren. In het vijfde deel benadrukt de schrijver het belang van kunst en media voor empathie en geeft hij concrete kijk-, lees- en luistertips.
Het laatste deel is activistisch van aard: Krznaric roept de lezer op om empathie te promoten in de eigen omgeving. De meest bruikbare tips voor mij staan in hoofdstuk vier, waarin de kunst van het gesprek wordt beschreven. Door het gesprek een kunstvorm te noemen wil Krznaric zeggen dat je niet alleen gesprekstechnieken moet beheersen, maar dat bij een empathisch gesprek ook creativiteit en spontaniteit horen.
In zakelijke communicatiecursussen wordt het belang van luisteren vaak benadrukt, Krznaric voegt hieraan toe dat je pas goed kan luisteren als je jezelf ook open opstelt. Juist adviseurs hebben de neiging om een masker op te doen van feestvierder op het Venetiaans carnaval. Dit kan een betekenisvol gesprek in de weg staan. Krznaric noemt drie randvoorwaarden voor een goed gesprek: (1) bekijk de ander vanuit een lens van ‘radicale’ nieuwsgierigheid, (2) maak het gesprek wederkerig door ook jezelf open te stellen en (3) laat je eigen belangen en beoogde uitkomsten vooraf bewust los.
Al met al is 'Empathie' een sympathiek en gemakkelijk leesbaar boek, dat bovendien op een goed moment wordt uitgebracht. Recente wereldwijde ontwikkelingen doen een stevig beroep op ons inlevingsvermogen. Op de werkvloer kunnen de praktische tips in worden gezet om zo samenwerkingspartners beter te kunnen begrijpen.
Door actief de drie randvoorwaarden voor een empathisch gesprek toe te passen, merk ik bijvoorbeeld dat ik meer informatie van mijn gesprekspartner ontvang. Waardoor ik gerichter oplossingen en ideeën kan aandragen. Het is dus zeker een aanrader om dit boek te lezen en de oefeningen in de praktijk te brengen.