De deelnemers aan het onderzoek van Het Financieele Dagblad vinden zichzelf wel creatief. Bovendien zetten ze hun eigen bedrijf op plek 3 van meest creatieve bedrijven. De schuld voor het gebrek aan creativiteit leggen de deelnemers bij anderen: de organisatie, het management, de manier van werken enzovoort. En dat terwijl de onderzoekers juist concluderen dat het individu zelf het grootste obstakel is. Creativiteit staat bol van paradoxen en het onderzoek bevestigt daarmee wat we in veel boeken over creativiteit lezen. Jarenlang hebben managers moeten focussen op efficiency en controle, veelal om aandeelhouders en toezichthouders van het bedrijf tevreden te houden. Dit heeft geleid tot een risicomijdende houding, die funest is voor het stimuleren van creativiteit.
'We gaan met ons allen aan efficiency ten onder', stellen Peter ten Hoopen en Marleen Janssen Groesbeek. Onder de deelnemers heerst ook grote angst om fouten te maken. Zo kiezen ze liever voor iets ouds dat werkt dan een onbeproefde noviteit. Schokkend is het te lezen dat in veel bedrijven een cultuur heerst die aangedragen, onuitgewerkte ideëen stelselmatig de kop indrukt. Het is belangrijk dat bedrijven medewerkers de ruimte geven creatieve vermogens te ontwikkelen. 'Ondernemen is risico nemen, creatief en innovatief zijn, en daarmee rendement leveren voor de aandeelhouders', zo concluderen Ten Hoopen en Janssen Groesbeek. Gelukkig is het niet allemaal kommer en kwel. De stellingen over inspiratie, creatieve instelling en belangstelling voor creativiteit scoren hoog. De deelnemers hebben veel plezier in het werk en ze staan open voor de ideëen van anderen. De basisvoorwaarden voor creativiteit zijn dus wel degelijk aanwezig. Er moet nog veel werk worden verricht aan het gevoelsleven, dat weinig spontaniteit vertoont, en het geloof in 'command and control', dat werkt als een drempel creativiteit. Het onderzoek, uitgevoerd onder 859 lezers van Het Financieele Dagblad, bestond uit 84 stellingen. Hieruit leidden de onderzoekers een rapportcijfer af. Daarnaast werden 5 open vragen gesteld, over de definitie van creativiteit, de stimulans en de rem op creativiteit. De beschrijving van de resultaten wordt in 'Oh, wat zijn we creatief' afgewisseld met interviews met creativelingen, zoals een kok, kunstenaar, fysicus en een hoteleigenaar. Daarnaast bevat het boek enkele columns waarin gereageerd wordt op de uitkomsten van het onderzoek. Persoonlijk heb ik problemen met de manier waarop het onderzoek is opgesteld. Het is duidelijk dat de onderzoekers niet geverifieerd hebben of stellingen op meerdere manieren interpreteerbaar zijn. Neem de stelling : 'Ik ben tevreden als mijn medewerkers de doelen halen.' Het zou toch een rare situatie zijn als managers boos worden als medewerkers een doel halen, omdat ze dan niet creatief zijn. Bovendien, waar zijn doelen dan voor? Ik begrijp heus wel wat achterliggende gedachte is - teveel op doelen gericht zijn, beperkt de creativiteit. Maar dat is niet wat er staat in de stelling. Het woordje 'enkel' ertussen ('Ik ben enkel tevreden...') zou al beter zijn, is mijn indruk. Gelukkig hebben de onderzoekers veel stellingen opgesteld, waardoor stellingen die voor meerdere interpretaties vatbaar zijn, het totale beeld niet verstoren. Ik ben benieuwd of een dergelijk creativiteitsonderzoek regelmatig herhaald gaat worden. Misschien scoort het bedrijfsleven over een paar jaar wel een dikke 8. Dan hebben de auteurs hun geheime agenda, creativiteit een impuls geven, zeker bereikt!
Over Carla Verwijs
Carla Verwijs is managementconsultant met een specialisatie in kennismanagement.