ching in professionele organisaties' het boek van Van den Nieuwenhof, is eigenlijk een trilogie in een band. Drie aspecten van coaching worden op zeer praktische wijze besproken. Deel 1 geeft een taakgerichte aanpak van coaching in een professionele organisatie. Wat is coaching en wat betekent dat voor de rollen die de coach daarbij in moet nemen? Vanuit de cognitieve leertheorie wordt een '7-stappen' model voor coaching beschreven. In het tweede deel worden een aantal gedragstheoretische, managementgereedschappen en communicatievaardigheden beschreven. Technieken om tot een (professionele)vertrouwensrelatie te komen en coaching binnen een professionele omgeving te plaatsen. Hebben we de onderwerpen van Deel 1 en 2 ook in andere boeken over coaching gelezen, deel 3 is waarschijnlijk het deel waarin Van den Nieuwenhof met het boek een toegevoegde waarde geeft in de literatuur over coaching. Daarom ging mijn interesse vooral uit naar dit deel. Deel 3 van 'Coaching in professionele organisaties' gaat over 'probleem gedrag' en 'probleem persoonlijkheden'. Hier krijgt de coach/trainer een kijkje over de schutting van de psychoanalyse, met name gezien vanuit de 'DSM-IV' insteek. Deel 3 wijkt nogal sterk af van de eerste twee delen en de vraag is gerechtvaardigd voor wie het boek eigenlijk geschreven is. Sommige stukken zijn heel eenvoudig en andere delen gaan uit van een belezenheid van een gevorderde lezer. Bij de keuze voor de cognitieve leertheorie in Deel 2 geeft Van den Nieuwenhof braaf een inleiding waarbij de (sociale)gedragstheorie, met verwijzingen naar Skinner, naast de cognitieve leertheorie wordt gezet. Weliswaar in 2 pagina's maar toch altijd meer dan de toelichting voor de keuze voor DSM IV in Deel 3. Wie niet bekend is met DSM IV zou voordat deze methodiek als instrument wordt toegepast, een wat uitgebreidere toelichting willen hebben. In hoeverre sluit DSM IV aan bij de klassieke psycho-analyse en in hoeverre zijn er verschillen? Van den Nieuwenhof beschrijft aan de hand van de DSM-typlogie 9 'typen' mensen, overigens met een lichtere benaming dan de officiële DSM-typologie: 1-Onbereikbare persoonlijkheden. 2- Achterdochtige persoonlijkheden. 3-Borderliners. 4-Narcistische persoonlijkheden. 5-Asociale persoonlijkheden. 6- Hysterische persoonlijkheden. 7-Dwangmatige persoonlijkheden. 8-Vermijdende persoonlijkheden en 9-Afhankelijke persoonlijkheden. Het 'over-de-schutting-kijken werkte bij mij wel degelijk. Al direct 'herkende' ik 3 typen waar ik in de afgelopen periode mee geworsteld heb en met mijn standaard trainers/coach vaardigheden niet goed raad mee wist. Empathie op het eerste niveau, empathie op het tweede niveau, de hele trukendoos die ook in Deel 2 beschreven wordt, er al op toe proberen te passen. Ik bekijk het gebruik van dit instrument dan heel pragmatisch: het werkt of het werkt niet. Jammer vind ik het dat in het boek een aantal, wat ik maar noem 'slordigheden' geslopen zijn. De index is niet verder gekomen dan een integrale computer uitdraai zonder enige kritische insteek. 'Logisch' pagina-291, 'Omissie' pagina-200. Wat moet je daar als lezer mee? Bij het kritisch doorlezen van de index hadden deze verwijzingen toch verwijderd moeten worden? Ook de literatuurlijst en de inhoudsopgave hadden meer aandacht kunnen krijgen. Hoewel in de inleiding al direct aangegeven wordt dat omdat het boek 'geen-wetenschappelijke-pretentie' heeft, en er dus geen literatuur vermeld wordt, vind ik dit toch een gemiste kans. Een boek dat in zo'n 300 bladzijden een zo'n groot terrein omschrijft als coaching in een bedrijfsmatige omgeving, gaat er toch vanuit dat de lezer die onderwerpen die hij/zij interessant vindt, snel kan opzoeken? Een van de instrumenten die je als coach kan toepassen, een socratische dialoog, wordt slechts genoemd. Geen toelichting, geen literatuurverwijzing. DSM toepassen binnen organisaties is denk ik een erg leuke en nog weinig gebruikte invalshoek, maar waarom dan geen literatuur verwijzing? De literatuurlijst is sowieso slechts een half A-4tje met nog geen 15 titels, en wat je daar mee moet? Citaten mee opzoeken? Er is slechts in 4 gevallen een verwijzing naar de literatuur. Gebruiken als je een aanvullende literatuur wilt aanschaffen? Waarom wordt dan bij Orlemans, Handboek voor gedragstherapie, de studenteneditie genoemd? Nee, wat mij betreft had aan de index en de literatuurverwijzing meer aandacht gegeven mogen worden. Juist deze 'laatste loodjes' bij het schrijven van een boek lijken veronachtzaamd te zijn. Jammer. Dit zelfde gevoel heb ik als er in de tekst de kern soms net gemist wordt,. Dat het 'leren leren' centraal staat in coaching onderscheidt coaching echt niet van trainen of doceren. Daarnaast nog een aantal slordigheden, c.q. inconsequenties waarbij je als lezer even op een verkeerd been wordt gezet. De tekst is voor mij soms zo ingewikkeld dat het naar mijn gevoel veel te weinig toelichting krijgt. Soms zo uitgebreid toegelicht, zoals bijvoorbeeld bij het maken van een Pareto-diagram, dat ik mij weer in het methoden en technieken practicum waan als 1e jaars student sociale wetenschappen aan de UvA. Maar goed, een recensent kan meer vragen stellen dan 10 auteurs kunnen beantwoorden. Ondanks bovenstaande punten, vond ik 'Coaching in professionele organisaties' een heel leesbaar en informatief boek. Heel veel bekende stof, maar juist die koppeling met een voor mij nieuw terrein, de psycho-analytische insteek, maakt het voor mij, en naar ik inschat voor de gemiddelde trainer/coach, beginners maar ook voor gevorderden, een interessant boek.
Over Jan Wouter van der Straaten
Majoor drs Jan Wouter van der Straaten (1955) is als humanistisch raadsman werkzaam bij de Koninklijke Landmacht. Daarnaast verzorgt hij als docent en mediator opleidingen voor PE-punten van NMI-Mediators.