Kenmerkend voor het werk van Kets de Vries zijn de uitspraken van bekende wereldburgers aan het begin van elk hoofdstuk en in dit boek ook de zenverhalen. Hieraan ontleent de auteur zelf veel denkkracht. Het boek start met een inleiding waarin Kets de Vries een filosofische onderbouwing geeft van wat hij het 'klinisch paradigma' noemt. Een conceptueel kader dat de menselijke factor niet alleen erkent, maar ook bewondert, en dat is gebaseerd op psychoanalytische concepten en technieken. Uw vraag is nu wellicht: 'Is dit een psychologisch of juist een managementboek? Die vraag vind ik na het lezen van het boek niet zo makkelijk te beantwoorden. Wie bekend is met het werkveld van de psychologie, psychoanalyse of organisatiepsychologie zal het begrippenkader snel en gemakkelijk kunnen plaatsen. In dat geval is ook de vertaling naar de eigen management- of consultancypraktijk toe gemakkelijk. Wordt het boek zuiver alleen door de managementbril gelezen, dan zullen de psychoanalytische theorieën en methoden wellicht wat meer tijd vragen om ze te laten beklijven. Dat neemt echter niet weg dat Kets de Vries erin is geslaagd een boek te schrijven dat haarfijn het onbewuste, en dat wat vaak onbesproken blijft over mens en organisatie, boven water trekt. In de termen van Rob van Es, auteur van 'Veranderdiagnose', verbindt de auteur de onderstroom met de bovenstroom. Voor de lezer zullen de praktijkvoorbeelden tot de verbeelding spreken. Die bevorderen de toegankelijkheid en maken het boek 'leerzaam'. 'Wat leiders drijft' biedt stevige spiegels om de schaduwzijde van leiderschap en persoonlijkheid te bezien. Veelzeggend daarbij is de uitdrukking 'Het ware zelf versus het valse zelf'. Dit bracht mijn gedachten direct op het boek ' Leiderschap en Zelfbedrog', uitgegeven door The Arbinger Institute. Zelfbedrog maakt mensen blind voor de realiteit van de wereld om hen heen, verhindert het goed functioneren en remt de prestaties van anderen. Maar Kets de Vries belicht de schaduwzijde en het onbewuste niet alleen vanuit het individu. Ook gaat hij in op groepsgedrag en natuurlijk wat er zich zoal op organisatieniveau afspeelt. Het verbinden tussen deze drie niveaus vraagt van de lezer nogal wat denkvermogen. Vanuit het innerlijke theater van leiders en de manier waarop hun denken is gevormd en kan worden veranderd gaat het boek tot slot in op de psychologische dynamiek van groepen en organisaties. In de veertien hoofdstukken worden thema's als ego en narcisme uitgebreid behandeld en werkt de auteur op groepsniveau met de drie assumpties van Wilfred Bion: afhankelijkheid, vechten-vluchten en paarvorming. Op organisatieniveau komt hij terug op het neurotische gedrag in organisaties. Hij onderscheidt daarin de dramatische, wantrouwende, dwangmatige, onthechte en depressieve organisatie. Vijf constellaties die Kets de Vries ook uitgebreid in zijn boek 'Organisaties op de divan ' beschreef. Bij de stijlbeschrijvingen worden zowel sterke als zwakke punten genoemd. De uitwerking, zeker in vergelijking met andere onderdelen, is naar mijn bevinding wat dun. Zeker de pragmaticus zal meer van dergelijke beschrijvingen willen weten. In hoofdstuk dertien gaat Kets de Vries in op het doen van interventies op organisatieniveau. Daarbij breekt hij een lans voor de klinisch geschoolde consultant, omdat deze dieper kijkt dan de symptomen waar de meer algemeen of bedrijfskundig gevormde consultant zijn aandacht op vestigt. Een typisch gezegde in dit kader is 'het ijzer smeden als het koud is'. Wat zoveel wil zeggen als dat de consultant die momenten aangrijpt waarop zijn gesprekpartner onaangename informatie kan aanhoren zonder in de verdediging te schieten. In het slothoofdstuk werkt Kets de Vries het begrip authenticiteit en authentizotische organisaties uit. Dit zijn organisaties en vormen van leiderschap die metawaarden hebben ontwikkeld, koesteren en respecteren. Waarden dus die de 'gewone' kernwaarden overstijgen. Deze metawaarden zijn: gemeenschapszin, ruimte voor genot (plezier) en zinvol bezig zijn. Ook in dit laatste deel van het boek legt Kets de Vries de samenhang tussen determinismen uit de vroege jeugd en de vorming van de persoonlijkheid van het individu. Een samenhang die trouwens in alle hoofdstukken herkenbaar is. Een van de sterke punten van het boek is dat er snel duidelijke verbanden en oorzaak-gevolg relaties worden gelegd. Het zet de schop als het ware in de eigen grond, klaar om de eigen scripts te (her)ontdekken en ze te gaan herschrijven. De psychoanalytische thematiek wordt verdiept met behulp van interventietechnieken en casuïstiek die ingaan op zowel het gedrag van een leider als dat van zijn volgers. Deze combinatie biedt veel theoretische en praktische inzichten. 'Wat leiders drijft' biedt psychoanalytische diepte-inzichten in vooral het Wat en Waarom van disfunctioneel leiderschapsgedrag en de uitwerking ervan op het individu, een groep en/of een organisatie als geheel. Al focust Kets de Vries op het niveau van de topbestuurder, in mijn ogen is het gedachtegoed ook zeer geschikt om ermee op het gedrag van managers op lagere niveaus te reflecteren. Het gedachtegoed geeft betekenis aan het bewuste en onbewuste in de mens en reikt handvatten aan om gedrag te kunnen verklaren. Juist de niet in de psychoanalyse geschoolde professional kan veel leren van dit boek. Echter, voor de diepgaande analyse en verandering van de mens en organisatie, lijkt het me toch verstandig een beroep te doen op de klinisch geschoolde deskundige. Of u trekt de stoute schoenen aan en meldt u aan voor de workshop The Challenge of Leadership. Houdt u dan wel rekening met een stevige, en verrassende intake en de 'zweetstoel'.
Over Dick Rochat
Dick Rochat is Interactiekundige, Coach Bewustzijnsontwikkeling en Spiral Dynamics-analist. Hij is verbonden aan de Alba-academie in Veldhoven en het Center for Human Emergence.