Vier keer per jaar brengt Slow Management een boekje uit met als onderliggend thema 'Stilstaan bij organiseren´. Het begrip Slow wordt gebruikt als tegenhanger van 'kille, modelmatige methoden van organiseren die puur gericht zijn op efficiëntie, outputbeheersing en kortetermijnwinst (...)'. Slow Management en Taylor samen op één kaft vermelden geeft daarmee de grootst denkbare tegenstelling. Het risico is dat het werk van Taylor tot vervelens toe systematisch afgekraakt wordt, tot er aan het eind van de 100 pagina's niemand meer is die iets met de theorieën van Taylor te maken wil hebben. De kritiek is inderdaad niet van de lucht. Taylor is in de kringen van Slow Management weinig populair. Toch komen ook de successen van het Taylorisme meermalen aan bod. Een groot deel van de welvaart die we nu genieten, is immers ontstaan door toepassing van de principes van Taylor. Zelf zijn we zo ver ontwikkeld dat we niet meer op deze manier bestuurd willen worden. Wij verkeren ook in de luxe omstandigheid dat we niet meer op deze manier bestuurd te hoeven worden. In werkelijkheid hebben we onze lopende band geëxporteerd naar lagelonenlanden. Daar wordt op traditioneel Tayloristische wijze gewerkt aan onze auto's, gadgets, kleding, et cetera. Enkele mooie foto's in het boek illustreren dit. Efficiency regeert daar nog maximaal, want wij willen niet te veel betalen. Wat gij niet wilt dat u geschiedt (…)? Wat zou er gebeuren als ook daar de lopende banden verdwenen? Genoeg over de arbeidsverdeling in de wereldeconomie, terug naar Slow Management versus Taylor. Een interessant artikel in het boekje is van de hand van Peters en Janssen. Zij schrijven over 'de klassieke organisatie, gebaseerd op command, communication & control'. Jammer dat C3 als synoniem gebruikt is voor een managementbureaucratie. C3 is als onderdeel van commandovoering, zeg maar de militaire vorm van leidinggeven. Dat is juist alles behalve hiërarchisch. Een militair beginsel als opdrachtgerichte commandovoering bevat veel elementen van het nieuwe werken, avant la lettre. Ik hoop daarom dat deze C3 niet geleend is uit de militaire wereld, maar alleen gekozen is omdat het dan mooi bij de concepten B3 en V3 past. Verder is het overigens een prima artikel. Slow Management is de ware tegenhanger van Scientific management. De kracht zit in de tegenstelling. Niemand zou het werk van Taylor moeten zien als 'de waarheid', maar iedere manager hoort de onderliggende principes te kennen. Het wordt pas gevaarlijk als iemand alléén deze principes hanteert en niet de balans zoekt met de tegenhangers ervan. Mede naar aanleiding van de vrij extreme visie van Taylor zijn immers hele goede tegenkrachten ontstaan. In onze tijd Slow Management, maar veel eerder bijvoorbeeld de Human Relations beweging. Die tegenkrachten zijn ook niet zaligmakend in zichzelf. Een goede 'general manager' of adviseur heeft een gedegen kennis van al deze stromingen. De samenstellers van het boekje verdienen een pluim voor het zoeken naar deze balans. Natuurlijk ligt de nadruk op hun 'tegenstroom', maar de lezer komt Taylor en andere managementtheorieën tegen in historisch perspectief. Het aloude principe van Jacob Cats doet hier opgeld: 'Wie maar één boekje heeft gelezen, dat pleegt een neuswijs mens te wezen'. Dat geldt voor het levenswerk van Taylor, en ook voor dit overigens zeer prettig geschreven tegenschrift.
Over Joost van Driessen
Joost van Driessen is manager bij het Ministerie van Defensie. Hij is afgestudeerd in de informatica aan de Universiteit Leiden en deed zijn MBA-opleiding bij de Business School Nederland. Zijn werkterrein bevindt zich op het grensvlak waar organisatie en informatie elkaar raken.