Agressie en geweld krijgen steeds meer invloed op hoe ons land bestuurd wordt. Het adagium ‘de brutalen bezitten de halve wereld’ lijkt te hebben plaatsgemaakt voor ‘de agressoren bezitten de halve wereld’. Hoger opgeleide personen - en om maar eens een categorie te noemen ‘betweterige en hooghartige kakkers’ - lijken sneller geïrriteerd te raken en gaan eerder over tot klagen en intimidatie. Hufterig gedrag in de middenklasse is heel normaal geworden. De brandende kwestie is wat moeten we doen om de verhuftering in Nederland te stoppen?
Herkenbare praktijkervaringen
In haar boek schetst Caroline Koetsenruijter niet alleen de omvang en de ernst van het probleem, ze staaft dit ook met diverse wetenschappelijke inzichten/publicaties en koppelt die bovendien aan vele voor iedereen herkenbare praktijkervaringen. Als realistisch optimist komt Koetsenruijter gelukkig ook met praktische suggesties en dringende aanbevelingen over hoe we de agressietsunami het hoofd kunnen bieden en het tij keren.
Glijdende schaal
Het niet-ingrijpen, het achteloos gedogen en het vergoelijken dragen bij aan de heersende agressie-epidemie. Het gehele proces verloopt via een glijdende schaal. Normen vervagen steeds verder en omgangsvormen verharden. Sommige politieke ambtsdragers houden ervan om expres intimiderende en beledigende retoriek te gebruiken tijdens debatten in de Tweede Kamer. Zo bevorderen zij juist de agressiespiraal.
Serieuze bedreiging
Schokkend is ook de bevinding dat agressie op de werkvloer een serieuze bedreiging is geworden voor werknemers in Nederland. Nederland staat op nummer 1 in Europa qua agressie tegen werkenden. Sterker nog: agressie vormt voor steeds meer mensen een aanlokkelijk middel om gericht hun doel(en) te bereiken. Niet-stafbare varianten van agressie, zoals dreigende uitspraken, komen veel voor. Nederland is een paradijs geworden voor degenen die het tot hun standaardgedrag hebben gemaakt om agressie doelmatig in te zetten, gezien de lage pakkans.
Agressie als verdienmodel
In haar boek filosofeert Koetsenruijter ook over de diverse oorzaken waarom Nederland zo hoog scoort met agressieverhalen. Agressiesymptomen ontstaan in een samenleving waar schaarste heerst en sprake is van een gebrek aan zorgzaamheid. Polarisatie is een verdienmodel voor media en sociale media geworden. Verwaarlozing van opvoeding, educatie en jeugdzorg is ook een mogelijke oorzaak. En zo zijn er nog wel meer oorzaken aan te wijzen. Opmerkelijk is dat agressie ogenschijnlijk meer voorkomt bij jonge mannen. Maar de schijn bedriegt. Want vrouwelijke agressiviteit wordt vermoedelijk minder vaak geregistreerd in de geweldsstatistieken. Bekend is dat vrouwen zich vaker bedienen van verbale agressie dan van fysieke agressie. Interessant in deze context is Koetsenruijters duiding van agressie als verdienmodel. Zo wordt agressie dikwijls ingezet zowel met het doel om de eigen schade te beperken als om winst of voordeel uit een bepaalde situatie te halen. Door bewust agressie in te zetten krijgen agressoren het voor elkaar meer aandacht te krijgen, een snellere behandeling te forceren, meer korting los te peuteren, of meer voordeel en pure winst te pakken. Door (onder meer) te stalken, te belagen, te dreigen met slechte reviews, rechtszaken, aansprakelijkstellingen en te klagen, krijgen mensen dus dingen gedaan. En zolang agressie loont, zal hij of zij ermee doorgaan. Als we de winst voor de agressor willen elimineren in een bepaalde situatie, dan is het dus effectief om zijn of haar businesscase – lees agressieverdienmodel - danig te verpesten dat de intimidatie stopt.
Reputatieschade
Een duidelijke trend is dat een steeds groter deel van de agressieve en geweldsuitingen hun weg vinden via sociale media. De oorzaak is dat de agressor zich redelijk anoniem waant op sociale media en daarmee weinig reputatieschade kan oplopen door iemand verbaal en/of intimiderend kapot te maken. Het blijkt in de praktijk nog steeds erg lastig om de identiteit van een agressor achter de socialmedia-account te achterhalen. Maar lukt dit wel, dan is ook deze online-agressor strafbaar.
Wegkijker
Circa 3 miljoen Nederlandse werkenden hebben te maken gehad met agressie en 2,25 miljoen werkenden met intimidatie. Helaas, het is echt zo erg. Nog erger is wanneer de werkgever de werknemer helemaal niet in bescherming neemt en zelfs de grootste wegkijker is. Officieel hoort de werkgever te zorgen dat werknemers hun werk veilig kunnen doen. Volgens Koetsenruijter wordt het tijd dat de werkende bevolking zich gaat roeren en voor zichzelf opkomt. Qua agressie is er in Nederland sprake van een achtergestelde positie van werkenden. De gemiddelde werkgever onderneemt nauwelijks iets. En daarbij komt dat de werknemer geen actie onderneemt. Zaken worden te weinig gemeld in bijvoorbeeld de ondernemingsraad of bij de veiligheidsregisseur, als deze in dienst is van een organisatie. Het gevolg: de situatie verergert alleen maar. Als het tij niet keert en de samenleving de agressie accepteert, als agressie loont en als zelfs politici eraan meedoen hoe kunnen we dan ooit tot een veilige werkomgeving en een veilige samenleving komen, vraagt de auteur zich heel bezorgd en boos af.
Oplossingsrichtingen
In de laatste hoofdstukken van haar boek komt de Koetsenruijter met een veelheid aan opties en oplossingsrichtingen die verschillende actoren in het agressieverhaal betreffen: van politici, media, werkgevers tot vakbonden, rechters, wetenschappers, politiemensen, et cetera. Drastische tot minieme ingrepen passeren de revue. Een interessante optie is om in Nederland te experimenteren met een agressieverzekering voor organisaties die veelvuldig te maken hebben met agressie. Een andere, weliswaar gedurfde, aanpak, is om de meldingsbereidheid van agressie te vergroten door een meldingsquotum binnen een organisatie in te stellen. Tot slot, het Netwerk Weerbaar bestuur heeft het initiatief genomen om een collectieve norm te ontwikkelen (te vinden als bijlage bij het boek) als hulpmiddel voor decentrale politieke ambtsdragers tegen externe agressie en intimidatie. De bedoeling is dat politieke ambtsdragers hiermee het goede voorbeeld geven aan ambtenaren, journalisten, leerkrachten, zorgprofessionals en andere werkenden om agressie te melden. Activistisch doet Koetsenruijter een oproep aan degenen die ooit direct of indirect met agressie op het werk te maken hebben gehad dit te melden via de hashtagcampagne #stopagressie!
Wees een ambassadeur
In Het Agressieparadijs met als subtitel Wat we moeten doen om de verhuftering in Nederland te stoppen confronteert Caroline Koetsenruijter de lezer op indringende wijze met hoe wij als Nederlandse samenleving over agressie denken. Agressie werkt, en je blijkt er in Nederland helaas een heel eind mee te kunnen komen. Haar boodschappen, aanbevelingen en praktische handvatten zijn gebaseerd op recente wetenschappelijke onderzoeken en vele herkenbare praktijkvoorbeelden. Haar activistische, scherpe schrijfstijl zet aan tot denken. Kortom een eye-opener en ‘must read’ voor professionals en geïnteresseerden die een gezonde manier van leven en werken nastreven. Lees dit boek en wees een ambassadeur!
Over Louis Thorig
Louis Thörig is verbonden als master- en bachelorthesisbegeleider aan de afdeling Organisatiewetenschappen, Faculteit Sociale Wetenschappen, Vrije Universiteit Amsterdam. Hij was tot 1 augustus 2011 werkzaam als global communications manager op het hoofdkantoor van IOI-Loders Croklaan (www.croklaan.com) in Wormerveer. Hij heeft zijn MBA behaald bij Business School Nederland, de Action Learning MBA.