Er werd in het gezin waarin ik opgroeide wat afgediscussieerd. Over voetbal, de inval in Irak en over de kerk. We waren met zes kinderen. De een nog meer uitgesproken dan de ander. Aan tafel ging het vaak hard tegen hard. En zover ik mij kan herinneren, is nooit iemand echt van mening veranderd. Sterker nog: hoe meer we discussieerden, hoe stelliger we in onze overtuigingen werden.
Verbaal knock-out
Voor het volgende familie-uitje ben ik nu – meer dan ooit – voorbereid. En wel door het lezen van Win elke discussie van Mehdi Hasan. Wat een boek is dit! De Brits-Amerikaanse journalist legde tal van politici en beroemdheden het vuur na aan de schenen. De een na de ander sloeg hij verbaal knock-out. In zijn boek legt hij uit hoe hij dit deed.
Voorafgaand: ik las al de nodige boeken over spreken in het openbaar en schreef er zelf ook een. Maar geen van deze boeken – hoe goed ook! – kan tippen aan die van Hasan. Een grootmeester is aan het woord. Laten we een aantal van zijn aanbevelingen erbij pakken.
De basis
Hasan begint met de basics. Hoe win je binnen enkele seconden (in een debat of in een lezing) je publiek voor je? ‘Je moet je kunnen aanpassen, flexibel kunnen denken, en om dat te kunnen, moet je je toehoorders kennen en inspelen op wat ze belangrijk vinden,’ begint Hasan. Zo moet het begin van een presentatie direct sterk zijn. Dit kan door een onverwachte, prikkelende of zelfs provocerende opmerking te maken. De Britse kok Jamie Oliver begon zijn Ted Talk in 2010 met: ‘Jammer genoeg zullen er in de achttien minuten die dit praatje duurt, vier Amerikanen overlijden wegens het voedsel dat ze eten.’ Laat de rest van zijn verhaal maar komen!
Een andere goede opening kan, zoals ik eerder al leerde van Remco Claassen in Verbaal Meesterschap, zijn om te beginnen met het stellen van enkele prikkelende of grappige vragen.
Een derde goede opening – en vaak toegepast in Ted Talks – is te beginnen met het vertellen van een verhaal. Weinig zo krachtig als goede storytelling. ‘Je krijgt bonuspunten als het een grappige anekdote is waar mensen om moeten lachen, zodat ze met extra aandacht naar de rest willen luisteren,’ aldus Hasan.
Ethos, pathos en logos
Ook Hasan kan er in zijn boek niet onderuit om stil te staan bij het verschil en het belang van ethos, pathos en logos. ‘Als je een discussie wilt winnen, je toehoorders wilt overtuigen of een pitch of presentatie wilt geven die daadwerkelijk effect sorteren, heb je méér nodig dan de feiten (logos). Om mensen voor je te winnen moet je ervoor zorgen dat ze emotioneel betrokken raken (pathos). Je hebt feiten en cijfers en kraakheldere argumenten nodig, maar ook een aanpak die die al eeuwenoud is: je moet harten aanspreken, niet slechts de hoofden.’ Hasan haalt Aristoteles aan: ‘Je kunt overtuigen door middel van het karakter van de spreker (ethos), als de rede zo wordt uitgesproken dat ze de spreker geloofwaardig maakt.’
Ook nu blijkt weer de kracht van storytelling. ‘Een goed verhaal synchroniseert de emotionele hersengebieden van de luisteraar met die van de verteller. Als de spreker vertelt over de angst of inspiratie die opkwam tijdens een moment van worsteling, dan ‘spiegelen’ we dat gevoel. We voelen het zelf.’ Terwijl ik deze woorden van Hasan lees, reageert mijn vrouw op een tekenfilm die voor onze jongste dochter aanstaat en waarbij het belangrijkste karakter van een dak dreigt te vallen: ‘Ik krijg hier zweethanden van…’ Ik bedoel maar.
Op de man
Maar zoals gezegd, gaat Hasan verder dan de basis. Neem alleen al zijn betoog om het in discussies niet alleen op de bal te spelen, maar soms ook op de man. In theorie zouden we de argumenten van de ander moeten aanvallen en niet de persoon die het argument naar voren brengt. Maar er zijn uitzonderingen, zo is Hasans overtuiging. Neem bijvoorbeeld iemand die zijn argument kracht probeert bij te zetten door een beroep op zijn autoriteit te doen. In dat geval is het noodzakelijk en gerechtvaardigd die autoriteit (de persoon zelf dus) aan te pakken. Hasan: ‘Als je tegenstander geen eerbiedwaardig of eerlijk persoon is, als hij of zij in het verleden ook onbetrouwbaar of misleidend is geweest, heeft dat invloed op de wijze waarop het publiek zijn of haar huidige argumenten interpreteert. Onderstreep dat dus!’ Punt is dus twijfel te zaaien over de persoon die met een argument komt.
Zinger
Nieuw voor mij was de kreet ‘zinger’, dat staat voor het gebruiken van een scherpe, snedige opmerking die de ander niet ziet aankomen. ‘Zingers worden gebruikt om tegenstanders of hun argumenten onderuit te halen, om ze het schaamrood op de kaken te bezorgen. Een voorbeeld van een zinger was de opmerking van George W. Bush in een debat met Al Gore in 2000 nadat Gore met de nodige cijfers (logos) had gestrooid. Bush: ‘Dit is gewoon wazige wiskunde.’ Of Barack Obama tegen Hillary Clinton in 2008 nadat Clinton haar best deed niet arrogant over te komen. Obama: ‘Je kan er wel mee door, Hillary.’
Regels voor het gebruik van effectieve zingers:
1. Wees voorbereid (Hasan benadrukt in heel het boek het belang van goede voorbereiding: oefen, oefen, oefen!)
2. Hou het kort
3. Kies je moment. Hasan: ‘Voorbereid is goed, maar spontaniteit is beter.’
Zelfvertrouwen
Nog een aardige is de nadruk op het hebben van voldoende zelfvertrouwen. ‘Wat verwachten de meeste mensen van een goede spreker of communicator? Hetzelfde wat ze verwachten van een goede leider: zelfvertrouwen. […] Zelfvertrouwen is cruciaal om een debat of discussie te kunnen winnen.’ Hoe we hierin kunnen groeien? Nog een paar tips dan:
1. Visualiseer je succes (‘Het is inmiddels bekend dat we dezelfde hersengebieden stimuleren als we ons een actie inbeelden en die actie echt ten uitvoer brengen.’)
2. Neem risico (‘Elke keer dat je de confrontatie met je angsten aangaat, ontwikkel je meer kracht, moed en zelfvertrouwen.’)
3. Omring je met de juiste mensen (‘Dit zijn mensen die je kunnen helpen meer zelfvertrouwen te ontwikkelen in plaats van onzeker doen voelen.’)
Ik zie uit naar het volgende familiefeestje. Nu maar hopen dat mijn broers en zussen dit boek van Mehdi Hasan niet lezen.
Over Henk Jan Kamsteeg
Henk Jan Kamsteeg is eigenaar van het trainingsbureau Proistamenos. Hij geeft trainingen en keynotes op het gebied van o.a. dienend leiderschap, inclusief leiderschap en storytelling. Daarnaast is hij auteur van diverse boeken zoals Dienend leiderschap, De kracht van het compliment en Spreken met passie; de kracht van storytelling, Inclusief leiderschap en Op weg naar een vitale organisatie