Pieter Winsemius doet het vaker, schijnbaar triviale aanleidingen gebruiken om zijn ideeën over het voetlicht te brengen. In 2000 schreef hij al eens een boekje waarin hij een top-100 van popliedjes gebruikte om zijn wijze woorden van een kader te voorzien - Ik kan het niet alleen - en twee jaar geleden verscheen Grote Mensen gaan niet dood - een verzameling mailtjes aan zijn kleinkinderen, de tweeling Max en Lieve.
Met zijn nieuwe boekje Toeval is logisch keert Winsemius echter terug naar de hogere Cruijffologie waarmee hij enkele jaren geleden zo’n succes boekte. Van 'Je gaat het pas zien als je het doorhebt' waarin hij Johan Cruijff aan het woord liet over voetbal, leiderschap en aanverwante onderwerpen, werden zo’n 200.000 exemplaren verkocht, waardoor hij bijna kon wedijveren met Sonja Bakker. Deze keer neemt hij bekende uitspraken van Cruijff als uitgangspunt voor zijn gedachten. Daar zitten bekende aforismen bij, zoals ‘Elk nadeel heeft zijn voordeel’ en ‘Als ik zou willen dat je het begreep, zou ik het wel beter hebben uitgelegd’, maar ook meer obscure, zoals ‘Als je nerveus bent, presteer je minder. Dus waarom zou je nerveus zijn?’
Met deze nieuwe bundel laadt Winsemius de verdenking op zich om nog eens de bestsellerlijsten te willen bestijgen met een relatief gemakkelijk gerecycled boekje. Nog afgezien van de vraag of dat erg is, is het ook niet waar. Ten eerste omdat de Cruijffologie een fascinerend vakgebied is en blijft. De soms onnavolgbare uitspraken van Cruijff lijken wel eens op in de haast gedane versprekingen, maar geven vaak blijk van scherp inzicht. En ten tweede omdat Winsemius ze op een intelligente en bedaarde manier gebruikt als aanzet voor zijn eigen bespiegelingen. Als een moderne Eckermann leidt hij ons langs de Cruijffiaanse gedachtekronkels, om ze vervolgens in eenvoudige taal van kanttekeningen te voorzien.
Neem de uitspraak van de titel, ‘Toeval is logisch’. Lange tijd kon Winsemius daar geen touw aan vastknopen, maar de talloze gesprekken met topsporters die hij heeft gevoerd, hebben ertoe geleid dat het hem begon te dagen. Zoals veel toppers heeft Cruijff een ‘video’ in zijn hoofd van de perfecte wedstrijd, schrijft Winsemius. ‘Alles wat er op het veld gebeurde, zag ik in één oogopslag’, zei Cruijff eens. Dan kan er wel eens een bal een onverwachte kant opspringen, maar omdat hij uit ervaring weet hoe anderen reageren, weet hij ook wat daarna volgt. In die context draait het kortom om pure vakkennis, die je een voorsprong geeft op anderen.
Winsemius besluit het boekje met een andere veelzeggende uitspraak: ‘Het goede doel is niet je eigen doel.’ Die klinkt haast gefabriceerd, om de doelstelling van de Cruyff Foundation onder de aandacht te brengen. Net als acht jaar geleden gaat de opbrengst van dit boekje naar deze liefdadigheidsorganisatie. ‘Als je de mogelijkheid hebt om iets voor een ander te doen, dan moet je dat doen’, heeft Cruijff ook eens gezegd. Dankzij het eerste boekje zijn heel wat Cruyff Courts aangelegd, mooie trapveldjes in achterstandsbuurten. Daar wil iedereen toch wel een bijdrage aan leveren?
Over Hans van der Klis
Hans van der Klis is freelance journalist. Hij schrijft regelmatig artikelen voor Managementboek.