Dit lijkt echter een werkvloerprobleem te zijn, want de gemiddelde organisatieleiding heeft er nauwelijks aandacht voor. Grethe van Geffen vond het daarom tijd voor een boek over diversiteit.
Als de werkvloer de groeiende diversiteit moet absorberen zonder steun van de leiding, dan leidt dit tot hoge kosten: efficiencyverlies, ziekteverzuim, verloop en arbeidsconflicten. Maar ook komen teamkwaliteiten, kansen en mogelijkheden niet tot ontwikkeling. Wordt er niet ingegrepen dan worden mensen die anders zijn, uitgesloten. De oplossing ligt in inclusie en inclusief leiderschap en deze mensen juist op te nemen in de organisatiegemeenschap en hun talent te benutten.
Diversiteit en inclusie werden vooral bestudeerd vanuit de psychologie, de sociologie en de antropologie. Totdat eind vorige eeuw een hoogleraar aan de Harvard University er een bedrijfskundig probleem van maakte. Hij ging niet uit van achterstelling van bepaalde groepen, maar stelde het bedrijfsbelang centraal. Dit leidde tot studies naar inclusief denken en werken. Het onderwerp van studie waren niet de verschillende sociale typen, maar de manier waarop organisaties talent wisten te benutten, ongeacht het sociale type van de medewerker.
Inclusie gaat dus over het insluiten van allerlei typen mensen in organisaties. Zij moeten er wel werk maken omdat zij diversiteit nodig hebben om te ontwikkelen en te overleven. De uniformiteit binnen klassieke organisaties leidt tegenwoordig steeds vaker tot hun overlijden. Inclusief leiderschap staat voor het meenemen van iedereen: de diversiteit aan medewerkers, klanten en relaties in de aangegeven richting.
Van Geffen voert vier argumenten om met inclusief leiderschap aan de slag te gaan. Inclusie leidt namelijk tot echte en kwantificeerbare impact. Daarnaast vraagt de huidige complexe maatschappelijke werkelijkheid om ander leiderschap. Daar komt nog bij dat talent zich steeds minder laat opsluiten in de hokjes van de traditionele organisatie. En de digitale toekomst ten slotte, zal niet leiden tot een hoge kwaliteit van leven zonder inclusie.
Zij beschrijft een nieuw model voor inclusief leiderschap en laat zien waarom dit richtinggevend leiderschap achterblijft. Maar ook wat er nodig is om hier in de 21ste eeuw een andere wending aan te geven. De auteur werkt uit welk voorbeeldgedrag van leiders nodig is en welke tien kritische succesfactoren helpen bij het organiseren van inclusie.
Voorbij het verschil luidt de noodklok. Diversiteit neemt exponentieel toe, maar veel organisaties hebben er nog geen antwoord op. Dit boek kan hen helpen een goede late start te maken.
Over Nico Jong
Nico Jong is senior adviseur bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.